De Belgische delegatie kent een voorlopig uitstekende ochtendsessie op de derde dag van het EK voor junioren in Tallinn. In de 4x400m kwam een kwartet aan de start dat nooit eerder samen had gelopen. Dat viel niet op te merken tijdens de wedstrijd, waarin Zoë Laureys, Annelies Nijssen, Gylliane Botty en Liefde Schoemaker sterk presteerden. Het viertal legde in de tweede reeks beslag op de tweede plaats in een degelijke 3’39″20 en was zo automatisch zeker van de finale van morgen. 

Na een moeilijke tweede dag op het EK voor junioren lijkt de Belgische delegatie een tweede adem gevonden te hebben. Met een degelijke start van de tienkampers begon het alvast goed, maar het werd nog beter tijdens de reeksen van de 4x400m bij de vrouwen. Daarin kwam een experimenteel viertal aan de start. Zoë Laureys mocht de spits afbijten én deed het voortreffelijk. Laureys gaf de stok door aan Annelies Nijssen, die ondanks twee 800m-wedstrijden in de benen een heel puike baanronde aflegde. Gylliane Botty hield knap stand, waardoor Liefde Schoemaker het mocht afmaken voor het Belgische team.

Schoemaker speelde haar ervaring uit verspilde geen onnodige krachten in de aanvangsfase. In de laatste rechte lijn schoof ze op naar de tweede plaats. Met een tijd van  3’39″24 zette het team de vijfde prestatie neer van alle ploegen, waardoor een medaille morgen tot de mogelijkheden kan behoren. “Ik heb nog nooit een 4x400m gelopen en het was ook de eerste keer dat ik moest starten in een aflossingen. Het viel best mee in mijn geval en ja we hebben er het beste van gemaakt. We zitten in de finale, dus we zijn superblij”, vertelde Laureys. “Het was het beste voor Ilana zodat ze zich kan plaatsen voor de finale. Mijn benen voelden vandaag beter dan gisteren. Ik kreeg de stok in een ideale positie en ze hebben het mooi afgemaakt”, voegde Nijssen toe.

“Het doel was die finaleplaats. Het resultaat is mooi en we hebben het super gedaan. Het is mooi om in een team te kunnen lopen en te vertrouwen op de anderen. Misschien kunnen we morgen op zoek naar een medaille, al beschikken we niet over reserves zoals de andere teams, maar we zullen alles geven”, klonk het bij Botty en Schoemaker.