Arnaud Art wil dit jaar opnieuw hoge toppen scheren. Na een teleurstellend indoorseizoen wil hij definitief aansluiting vinden bij de wereldtop. Alles staat dit jaar in teken van één hoogte: 5m70, zowel de WK-limiet als het Belgisch record.

Arnaud Art – Foto: Jeroen De Meyer

Vrijdag 8 juli 2016, er blaast een stevige wind doorheen Amsterdam en de polsstokspringers zijn aan zet voor hun EK-finale. Twee Belgen daarbij, Ben Broeders als benjamin van het gezelschap en de twee jaar oudere Arnaud Art. Broeders verging het met een vierde plaats uitstekend, Art moest met een elfde plaats genoegen nemen. Niet waarop hij had gehoopt en ook de prestaties afgelopen indoorseizoen voldeden niet aan zijn eigen verwachtingen. “Bij mijn openingswedstrijd lukte ik meteen een persoonlijk record van 5m61, een droomstart”, geeft de atleet van Hannuit een woordje uitleg. “Daarna werkte ik nog enkele andere wedstrijden af, maar slaagde ik er tot mijn eigen frustratie niet in om mijn record nog eens scherper te stellen.”

Het Belgisch indoorrecord van 5m70 blijft nog even overeind, maar of dat ook over het outdoorrecord kan gezegd worden is twijfelachtig. Arnaud Art is erop gebrand om dit zomerseizoen te laten zien waar hij écht toe in staat is. De WK-limiet van 5m70 is het hoofddoel en dan bots je meteen ook op het Belgisch record van Thibaut Duval en Kevin Rans, die respectievelijk in 2000 en 2007 exact dezelfde hoogte overschreden. “Ik jaag al twee seizoenen op dat nationaal record dus het wordt stilaan tijd. De hoogte van 5m70 heeft voor polsstokspringer toch echt wel iets bijzonder. Het lijkt een soort van sleutel die de poort opent voor grotere wedstrijden, bijvoorbeeld van het Diamond League-circuit.”

Over Ben Broeders: “Ik denk dat we beiden in staat zijn om Belgisch recordhouder te worden”

Met 24 jaar op de teller komen de seizoenen waar Arnaud Art moet oogsten eraan en dat beseft hij ook. “Het is stilaan van moeten en ik heb er een goed oog in dat het dit seizoen gaat gebeuren. De voorbereiding verliep prima, de blessures bleven achterwege en de topvorm komt dichterbij.” Met Ben Broeders, die door een blindedarmontsteking deze winter even aan de kant werd gehouden, vindt hij in België een concurrent op maat, al ziet hij hem eerder als een bondgenoot op weg naar Belgische atletiekgeschiedenis. “Ik denk dat we beiden in staat zijn om recordhouder te worden. Ik heb enkele trainingsvideo’s van hem zien passeren en dat zag er veelbelovend uit. We waren al met z’n tweeën op het EK in Amsterdam, waarom zou dat op het WK in Londen dan niet mogelijk zijn?”

Art, die momenteel ijverig aan het studeren is voor zijn examens Economie en Financiën, heeft nog geen uitgebreide wedstrijdplanning in gedachten. “Voor stages heb ik in deze voorbereidingsperiode nog geen tijd gehad. Ik start mijn seizoen met de interclubwedstrijden in Frankrijk op 5 en 18 mei.” Nadien wordt een verdere planning opgemaakt, met waarschijnlijk ook enkele Belgische wedstrijden daartussen. “Ik heb vaak nood aan een reeks wedstrijden om mijn topvorm te bereiken. Lukt het mij al vrij vroeg om over 5m70 te wippen, dan komt het wereldkampioenschap op de eerste plaats. Mocht dat uiteindelijk niet het geval zijn, dan heb ik nog altijd de Universiade achter de hand, waarvoor ik wel al zeker ben van mijn startbewijs.”