Cynthia Bolingo heeft zich als enige weten te plaatsen voor de 400m-finale op het EK in München. Bolingo snelde in reeks drie naar 50”83 wat haar een tweede plek en rechtstreeks ticket opleverde. Laus klokte in de tweede reeks af na een teleurstellende 54″28 en werd daarmee achtste.

Het was even zweten in het Belgische kamp, en de zon had daar voor één keer geen aandeel in. In de halve finale op de 400m van Cynthia Bolingo werd er een valse start gedetecteerd. De camera keek al snel in de richting van Bolingo. Onze landgenote kreeg na enig beraad een gele kaart, maar mocht dus wel haar halve finale afwerken.

“Er vloog een wesp om mij heen. Uiteindelijk stoorde die mij zo hard dat ik met mijn been bewoog en dat veroorzaakte de valste start”, zei Bolingo na afloop. “Gelukkig mocht ik opnieuw starten en ik voelde me best goed in de wedstrijd. Het is vrij gek dat ik na mijn blessure de EK-finale haal, maar ik heb wel keihard gerevalideerd en dat betaalt zich nu uit. Wat er in de finale mogelijk is? Ik ga daar geen zware uitspraken over doen. Ik wil er vooral van proberen te genieten.”

Bolingo nam het op tegen topfavoriete Femke Bol. In de eerste 200m kon de nationale recordhoudster goed sparren met het Nederlandse fenomeen. In het tweede wedstrijddeel snelde Bol logischerwijs weg van alles en iedereen. Bolingo moest in de laatste rechte lijn alle zeilen bijzetten om de tweede plaats vast te houden, maar deed dat op sublieme wijze. Met 50″83 trekt onze landgenote met de zesde tijd van alle deelnemers naar de finale van morgen.

Een pak minder verging het Camille Laus. Laus liep in de reeksen van gisteren een heel sterk eerste deel, maar kon dat vandaag niet herhalen. De Belgian Cheetah kon geen enkel moment echt meestrijden voor een plaats in de finale en moest het uiteindelijk stellen met een heel magere 54″28. Voor de finale was 51″17 nodig.

“Ik snap niet hoe dit mogelijk is”, zei Laus nadien. “Het kan best zijn dat ik wat moe ben van de opeenvolging van WK en EK en de race van gisteren nog in de benen heb, maar dan nog mag ik nooit in de 54 seconden lopen. Dat is niet te verklaren. Veel meer valt er daar niet over te zeggen.”

Foto: Jeroen De Meyer