Ismael Debjani maakte in de reeksen van de 1.500 meter op het WK in Doha nooit aanspraak op een plaatsje in de halve finales. Hij ging in de eerste rondes zelf aan de kop sleuren, maar werd er in de slotronde volledig uitgespurt. Zijn reactie was enigszins verrassend. “Of dit een ontgoocheling is? Helemaal niet. Ik heb maar vier weken kunnen trainen na mijn blessure.”

De tactiek die hij toepaste kwam wat merkwaardig over, maar Debjani had er zijn uitleg voor. “Ik wilde doorstoten met de verliezende tijden en dan moest er tempo gemaakt worden. Dat het niet evident is om in mijn eentje 3’37 te lopen weet ik wel, maar ik heb geprobeerd.” Bekijk het interview hierboven.