Pieter-Jan Hannes mag de loopschoenen terug aantrekken na zijn blessure. Of hij dit seizoen nog in actie komt, blijft koffiedik kijken, maar over de aanpak van zijn nieuwe Nederlandse coach Theo Joosten, is hij alvast in de wolken.

In februari kreeg Pieter-Jan Hannes af te rekenen met een stressfactuur in de voet. Niet alleen het geplande indoorseizoen viel in het water, maar ook minstens de grootste helft van het zomerseizoen. Na een periode van stevig alternatief werk, is Pieter-Jan sinds een dikke week terug aan het lopen. “Voorlopig combineer ik het lopen nog even met alternatieve trainingen, maar alles loopt wel vlekkeloos”, vertelt de A-atleet op de VAL-site.

In april maakte Pieter-Jan de overstap van Rik Didden naar de Nederlander Theo Joosten. Hij ziet zijn nieuwe coach op dit moment zo’n twee keer peer week, afwisselend in Kapellen en in Nijmegen en is van plan om in de toekomst behoorlijk veel specifiek werk te gaan verrichten. “Theo werkt heel persoonlijk en bekijkt een aanpak atleet per atleet. Ik ben heel blij dat ik samen met Renée Eykens een sportieve omkadering heb kunnen uittekenen en met een topcoach mag werken. Voor mij zal het betekenen dat ik niet heel veel kilometers maal, en veel kwaliteit doe. Niet dat ik elke dag op de piste zal trainen hoor. Daarnaast zal ik ook vaker een rustdag hebben.” De krachttrainingen blijven in handen van kinesist Kjell De Hondt, in samenspraak met Joosten.

Met de nieuwe aanpak heeft Pieter-Jan twee grote doelstellingen, die in functie staan van zijn ambities om te scoren op grote toernooien in de 1500m. “Mijn tijden over 800m moeten terug beter en ik wil werken aan het beter doorstaan van opeenvolgende koersen, met het oog op een halve finale en zelfs een finale.”
Zien we Pieter-Jan nog in actie deze zomer? Dat zal nog moeten blijken. “Ik heb alle intentie om nog in wedstrijd uit te komen, maar het zal zeker nog even duren. Als het ervan komt, heb ik ook nog geen idee op welke afstand en welk niveau dat zal zijn. Ik ga eerst een keer Renée Eykens proberen te volgen op training.”