Het coronavirus zorgt deze periode voor een grote leemte in de wedstrijdkalender. Gelukkig werden we in het verleden regelmatig verwend met fenomenale prestaties in binnen- en buitenland. Wij doken de archieven in en blikken terug op 6 momenten uit de recente atletiekgeschiedenis die de hele atletiekwereld met verstomming deden slaan.

2019: Eliud Kipchoge verlegt de limieten van de mens

Eliud Kipchoge stelde in 2019 voor de tweede maal de limieten van de mens op de proef. in 2017 ondernam de beste marathonloper aller tijden al een poging om onder gemanipuleerde omstandigheden een afstand van 42,195 kilometer in minder dan twee uur af te leggen. Kipchoge bleef toen amper 25 seconden boven de richttijd. De Keniaan geloofde al die tijd al in zijn kunnen, maar na die krachttoer begon ook de rest van de atletiekwereld te geloven in een dergelijke stunt. Nadat Kipchoge in 2018 nog maar eens zijn kunnen toonde door tijdens de marathon van Berlijn het officiële WR op de marathon aan te scherpen tot 2’01″39, zette hij het jaar nadien zijn zinnen opnieuw op die magische grens van twee uur.

De Oostenrijkse hoofdstad Wenen diende als plaats van afspraak voor de Ineos 1:59 Challenge. Kipchoge kon net als tijdens zijn vorige recordpoging rekenen op een perfect uitgekiemd plan waarbij werkelijk niets aan het toeval werd overgelaten. In het spoor van verschillende hazenteams haspelde de wereldrecordhouder razendsnel zijn rondjes af. Halfweg zat Kipchoge nog perfect op schema. Hij slaagde er zelfs in om in de tweede wedstrijdhelft het tempo nog meer op te drijven. Er leek een stunt in de maak en dat had het publiek aan de zijlijn ook begrepen. Met nog 500 meter te gaan maakten zijn hazen plaats waardoor Kipchoge met het nodige handgeklap en gejuich van de vele supporters zijn eindsprint richting de finishlijn inzette. Kipchoge deed wat niemand voor een heel lange tijd mogelijk achtte. Zijn 1’59″40 mag dan wel niet als officieel wereldrecord gelden, atletiekgeschiedenis was (en is) het zeker wel.

2018: Kevin Mayer lost Ashton Eaton af als koning van de tienkamp

De Amerikaan Ashton Eaton was jaren heer en meester op de tienkamp. Het laatste wapenfeit van de wereldrecordhouder kwam er op de Olympische Spelen in Rio waar Eaton zijn tweede olympische titel bemachtigde. De vier jaar jongere Kevin Mayer liet op datzelfde moment voor het eerst echt van zich horen door met 8.834 punten het zilver te veroveren. Toen Eaton in 2017 zijn spikes aan de wilgen hing, werd Mayer dan ook getipt als dé opvolger voor de op dat moment beste meerkamper op aarde. Op het EK in Berlijn leek de Fransman in staat om als derde atleet ooit boven de fenomenale grens van 9.000 punten uit te komen. Met drie rode vlaggen in de zandbak kwam er echter vroeg een einde aan dat sprookje. Hij droop in tranen af, maar ruim een maand later was het tijd voor revanche op de Décastar in Talence.

Dankzij uitschieters in de 100 meter (10”55) en het verspringen (7m80) lag hij perfect op koers om boven het WR (9.045 punten) uit te komen. De alleskunner knoopte op de tweede dag aan met een PR in het polsstokspringen en het speerwerpen. Met een beste prestatie ooit op een tienkamp in het speerwerpen had Mayer alle ingrediënten in handen om voor het eerst boven de 9.000 punten uit te komen én om Eaton uit de recordboeken te dringen. Mayer maakte er een 1500m-lange zegetocht van om zich na 4’36”11 tot meest complete atleet aller tijden te kronen met een verbluffende 9.126 punten. Bekijk de tiendelige stunt van de Fransman hieronder.

 2015: Genzebe Dibaba houdt woord en loopt 22 jaar oude WR uit de boeken

Genzebe Dibaba is een naam die bij het grote publiek wellicht niet snel een belletje doet rinkelen, maar toch schreef de kleine Ethiopische een kleine vijf jaar terug atletiekgeschiedenis. Dibaba had vooraf aangekondigd om het wereldrecord van de Chinese Qu Yunxia (3’50”46) op de 1500 meter aan te vallen tijdens de Diamond League-manche in Monaco. Best een gewaagde uitspraak voor iemand die “slechts” 3’54”11 achter haar naam had staan.

Dibaba positioneerde zich meteen na de start in het spoor van de haas. De Nederlandse Sifan Hassan was de enige die het moordende tempo aandurfde en meeging met Dibaba. Na een eerste rondje in 60”31 en een tweede “langzaam” rondje in 64”19 verdween de haas van het toneel. De jongere zus van Tirunesh Dibaba hield haar recordjacht levendig door ook zonder haas alweer een razendsnelle 400 meter uit de benen te schudden waardoor ook Hassan de rol moest lossen. Dibaba perste er nog alles uit in de slotronde en knalde naar een fabelachtige 3’50”07. Bekijk hieronder hoe Dibaba op imposante wijze wegsnelde van de Nederlandse.

Het record leek lange tijd onaantastbaar, tot ene Sifan Hassan tijdens de recentste WK-finale soleerde naar 3’51”95. Wordt hopelijk deze zomer vervolgd…

https://youtu.be/lZy1IhS3F0M

 2012: Aries Merritt verwent Koning Boudewijnstadion met nieuw WR

Voor de volgende prestatie moeten we terug naar 7 september 2012. Tijdens de Memorial Van Damme zorgde Aries Merritt voor het absolute hoogtepunt van de avond. De hordeloper kende een denderend zomerseizoen met de olympische titel als hoogtepunt. Merritt wou zijn glansseizoen in schoonheid afsluiten tijdens de finale van de Diamond League, waar hij op zoek ging naar een snelle chrono op de 110 meter horden.

De verwachtingen waren hoog, maar Merritt bezweek allesbehalve onder de druk. De Amerikaan was meteen bij de pinken en knalde uit de startblokken. Na amper twee horden lag hij al aan de leiding, al moest hij wel nog rekening houden met zijn landgenoot en toenmalig wereldkampioen Jason Richardson in de baan naast zich. Merritt slaagde in die opzet en zweefde met ruime voorsprong over de laatste horde. Hij knalde uiteindelijk naar 12”80, maar liefst zeven honderdsten sneller dan de 12”87 die de Cubaan Dayron Robles in 2008 noteerde. De Jamaicaan Omar McLeod zette in 2017 een tijd van 12″90 neer en is voorlopig de enige die de laatste jaren echt in de buurt kwam van het oude wereldrecord.

2009: Yelena Isinbayeva alweer aan het feest met vijftiende outdoor WR

Outdoor vielen er de laatste decennia amper wereldrecords te noteren in de spring- en werpnummers. Anita Wlodarczyk was de uitzondering op de regel met haar 82m98 in het hamerslingeren. De Poolse is overigens goed voor de 31 beste worpen in de geschiedenis van de discipline. Daarvoor was het al van 2009 geleden dat de recordboeken nog eens door elkaar werden geschud in een kampnummer. Yelena Isinbayeva was jarenlang dé spilfiguur in het polsstokspringen. De Russische atlete domineerde het hele circuit en verbeterde verschillende keren op rij haar eigen wereldrecord.

Isinbayeva had op vijf jaar tijd het WR van 4m81 naar 5m05 gebracht. Tijdens de Diamond-manche in Zürich liet de atlete de lat op 5m06 leggen. Een geslaagde poging zou haar maar liefst een vijftiende wereldrecord outdoor opleveren bij de senioren. Isinbayeva wist als geen ander hoe het was om een WR-poging te ondernemen. Ze wachtte haar moment af, snelde richting de lat en katapulteerde zich. De lat werd lichtjes aangetikt, maar bleef liggen. Je zou denken dat het stilaan een gewoonte was voor de Russin, maar Isinbayeva schreeuwde het uit van vreugde. Bekijk de beelden van de dolgelukkige atlete hieronder.

2009: Usain Bolt sprint op fenomenale wijze eigen wereldrecords uit de boeken 

Tijdens het WK van 2009 in Berlijn werd sprintgeschiedenis geschreven. In het Olympiastadion verbeterde Usain Bolt niet één, niet twee, maar drie wereldrecords. Twee van de drie staan nog steeds op de tabellen. De recordtijd op de 4×100 scherpte hijzelf drie jaar later tijdens de Olympische Spelen in Londen nog wat aan met zijn landgenoten.

19”19 en 9”58 maakten van Bolt een levende legende. De 100 meter, het koningsnummer, kwam als eerste aan bod. Bolt was uiteraard de grote topfavoriet voor het goud. De Jamaicaan voerde zijn gekende show op voor de start en dolde met de camera. De speelvogel in hem maakte daarna plaats voor opperste concentratie. Bolt kwam goed uit de blokken en zweefde moeiteloos over de blauwe piste in Berlijn. De tegenstand kwam er niet aan te pas. Aan de finish werd duidelijk waarom. De klok stopte na 9”58, het spreekwoordelijke dak ging er in Berlijn meer dan af. Bolt had zijn eigen wereldrecord met meer dan één tiende aangescherpt.

Amper vier dagen later maakte de spurtbom zich op voor een tweede stunt. In de finale van de 200 meter had Bolt na amper 50 meter iedereen opgerold. Hij scheurde uit de bocht en zette het stadion in vuur en vlam. 19”19 was het verdict, het tweede wereldrecord was een feit, eeuwig roem eveneens. Bekijk die twee fenomenale wedstrijden hieronder.