Op vrijdag wordt de 1500m bij de mannen ongetwijfeld één van de Belgische hoogtepunten tijdens de Memorial Van Damme. Pieter Sisk, Ruben Verheyden en de eindelijk fitte Jochem Vermeulen nemen het op tegen elkaar en tegen de wereldtop. Het Belgisch record dat Verheyden eerder dit jaar afsnoepte van Vermeulen staat dus op wankele poten. Sisk en Verheyden stonden twee dagen voor de feiten uitgebreid de pers te woord.

Pieter en Ruben, wat verwachten jullie van de wedstrijd op vrijdag?

Verheyden: “Het is mijn laatste 1500m voor het WK in Tokio en mijn eerste topkoers sinds ik het BR liep in juni. Ik wil me graag nog eens tonen en er is geen betere plek om dat te doen dan in Brussel. Mijn seizoen staat of valt niet met deze wedstrijd, maar ik heb hem wel nodig richting het WK. Momenteel draait het goed op training en heb ik veel vertrouwen, maar een slechte koers zou een obstakel zijn dat ik weer moet overwinnen. Dat wil ik vermijden.”

Sisk: “Voor mij is het ook mijn laatste 1500m voor Tokio. Ik wil graag zien waar ik sta na mijn hoogtestage in Sankt Moritz. Het primaire doel is om hoog te plaatsen in een Diamond League race met een heel mooi deelnemersveld. We hadden in Parijs samen de perfecte koers en Ruben liep daar net voor mij het BR (3’30″99; red.). Als we vrijdag iets vergelijkbaars krijgen, kunnen we hopelijk ook weer richting dat soort tijd gaan.”

Mogen we dromen van sub-3’30”?

Verheyden: “Ik denk dat het kan als iedereen in de wedstrijd daaraan zijn steentje bijdraagt. Voor mij zou het ook geen ramp zijn als dat niet lukt, want ik heb dit seizoen al mijn snelle tijd gelopen.”

Kunnen jullie eens elkaars sterke punten benoemen?

Verheyden: “De combinatie van de tijden die Pieter loopt op de 800m en de 1500m is echt uniek. 1’43″48 en tegelijk ook 3’31″84, dat is speciaal. De snelheid die nodig is voor zo’n 800m is heel bijzonder voor een 1500m-loper.”

Sisk: “Ruben heeft een heel goede aerobe motor, zijn uithouding is indrukwekkend. Voor mij kan hij het BR op de 3.000m doen vallen. Hij heeft ook altijd nog een versnelling zitten op het einde, ongeacht hoe snel de wedstrijd al gelopen is.”

Foto: Jolien De Bock

Wat verwachten jullie van het publiek in het Koning Boudewijnstadion?

Verheyden: “We hebben allebei al in grote stadia gelopen, dus voor extra druk zal het niet meer zorgen denk ik. De positieve gevolgen – de extra aanmoediging en aandacht – gaan zeker helpen.”

Sisk: “Er gaan veel familie en vrienden zijn dus dat geeft net dat tikkeltje extra motivatie. Niet dat ik die echt nodig heb, maar daar ga ik nog 0,01% sneller door lopen.”

Het Belgische afstandslopen doet het momenteel heel goed, hoe zien jullie die hoogconjunctuur?

Sisk: “Wij – en dan spreek ik onder meer over Ruben, Eliott Crestan en ikzelf – zijn een generatie die er ook al stonden op de jeugdkampioenschappen. Dat is intussen een tijdje geleden, maar we zijn er nu ook bij de senioren helemaal doorgekomen. Ik heb wat opzoekingswerk gedaan en alle Belgische records van de 600m tot de mijl zijn – indoor en outdoor – in de laatste 18 maanden gelopen. Dan zou het nog een understatement zijn om te zeggen dat we het gewoon ‘goed’ doen. Het feit dat we een plaats krijgen op de Memorial en ook worden uitgenodigd om met de pers te spreken is een mooie blijk van waardering.”

Verheyden: “Ik ben superblij dat Jochem er weer bij is. Het is moeilijk om te zeggen hoe goed hij zal zijn, want hij is nog maar net terug. Ik vind het fijn dat we op de 1500m met drie gaan zijn in Tokio. Hopelijk kunnen we daar iets tonen.”

Foto: Erik van Leeuwen

Pieter, heb jij al beslist welke afstand je gaat lopen op het WK?

“Ik ga de combinatie maken en doe zowel de 800m als de 1500m. De datums komen uit en ik ben goed omkaderd, waardoor het herstel geen probleem zou moeten zijn. Vrijdag wordt mijn laatste 1500m en ik loop op 7 september nog een 800m in Peking. Zo heb ik al een koers in Azië in de benen en ook qua vluchten is het perfect geregeld. Daar ga ik niet te veel energie aan verliezen.”

Hoe kijken jullie met het WK in het vooruitzicht terug op het vorige grote kampioenschap? Welke lessen hebben jullie uit Parijs getrokken?

Sisk: “Achteraf gezien waren de Spelen heel ontgoochelend. In tegenstelling tot Ruben was het voor mij een eerste ervaring met het allergrootste toneel. Ik trok in supergoede vorm naar daar, maar het resultaat was niet wat ik ervan verwacht had. Intussen ligt dat achter mij en heb ik geleerd hoe ik tegen atleten van dat kaliber moet lopen. Qua training is er sindsdien voor mij niet veel veranderd, maar mentaal zeker wel.”

Foto: Erik van Leeuwen

Verheyden: “Voor mij waren de Spelen eveneens een ontgoocheling. Van een blessure spreken is overdreven, maar ik had die periode echt veel last van mijn achillespees. Daar heb ik hard op gewerkt. Nog steeds spring ik op regelmatige basis op de fiets in plaats van in mijn loopschoenen. Dat maakt dat ik van november tot nu pijnvrij ben en alle trainingen kon afwerken. Dat is voor mij het grootste verschil met vorig jaar.”

Op het WK in Tokio zal de 1500m het mogelijk zonder Jakob Ingebrigtsen moeten stellen. De Noorse recordjager heeft nog steeds last aan zijn achillespezen en moest bijvoorbeeld verstek geven voor de Memorial. Hoe belangrijk is zijn aan- of afwezigheid?

Verheyden: “Jakob loopt altijd hard en bepaalt zo elke wedstrijd waarin hij start. Op de Diamond League in Silesia zagen we al dat niemand het initiatief nam en dat het zo een trage koers werd. Ik vraag me af wie het in Tokio gaat aandurven om tempo te maken. Hij is een zekerheid die wegvalt, dus het wordt een sprong in het duister.”

Sisk: “Ik denk dat de toppers schrik hebben omdat iedereen vandaag zo snel loopt dat je ze er nooit afkrijgt. Ze weten dat ze een groot risico nemen door zelf tempo te maken.”

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in