Nenah De Coninck in Mannheim
Nenah De Coninck in Mannheim
© Nelson De Coninck

Hordeloopster Nenah De Coninck (KAAG – ’96)  beleefde een topseizoen. Zo liep ze op 30 juni in Mannheim (Ger) de limiet voor het WKu18, waar ze boven zichzelf uitsteeg. Nu de zomer stilaan op haar einde komt, leek het ons een geschikt moment om eens terug te kijken op een fantastische periode waarbij we eerst te weten komen wie Nenah De Coninck eigenlijk is.

Hallo Nenah, voor de mensen die je niet kennen, vanwaar kom je en hoe ben je met atletiek begonnen?

“Ik ben dus Nenah en ik woon in Drongen. Als ik eens wat vrije tijd heb breng ik die graag door met goede vrienden of vriendinnen.
Tot mijn 10e heb ik altijd turnen en dansen gecombineerd en zou ik nooit zelf voor atletiek gekozen hebben, tot we in de turnles in de lagere school sprintjes moesten doen en ik er een beetje bovenuit stak. (glimlacht) De turnjuf zei dan dat ik beter atletiek zou gaan doen, en mijn broers en ouders vonden dat ook een goed idee. Toen deed ik eigenlijk drie sporten tegelijk: turnen, dansen en atletiek. Dat heb ik 1 jaar volgehouden, tot ik geselecteerd werd om naar de topsportschool in Gent te gaan, en dan besliste ik turnen en dansen te laten vallen.”

Wat deed jou aan het einde van de lagere school beslissen om naar de topsportschool te gaan?

“Dat is een moeilijke vraag! Ik heb vooral voor de TSS gekozen omdat ik eindelijk iets had gevonden dat ik graag deed en waar ik ook goed in was. Dat ik dat dan ook nog eens tijdens de lesuren kon doen was allemaal heel positief! Er was niet echt iets dat mij tegenhield. Het was echter wel moeilijk om als klein meisje een keuze te maken tussen topsport en het gewone leven, maar op dat moment zag ik alles heel rooskleurig in en op dit moment nog altijd.”

“Wat is voor jou je beste prestatie voor je aan deze zomer begon?”

“Ik ben vooral trots op mijn Belgisch record op de 200 indoor (24”82, red.) dat ik als eerstejaars cadet liep!”

“Dan over deze zomer, een topseizoen veronderstel ik?”

“Ja, klopt, het beste seizoen dat ik tot nu toe heb gehad!”

“Hoe heb je jezelf voorbereid op de zomer en hoe ben je aan het seizoen begonnen?”

“De meeste voorbereiding heb ik gehad op stage in Tenerife. Dat was echt een volledige week afzien op training. (lacht) Ik ben aan het seizoen begonnen met als doel het EYOF. Het WKu18 in Donetsk vond ik te hoog gegrepen, maar toen ik plots hoorde dat het EYOF niet meer voor tweedejaars scholieren was, heb ik de limieten eens opgezocht voor het WK. Ik heb dan toch de 400H-limiet voor Donetsk als doel gesteld.”

“Wanneer wist je dat je de WK limiet kon lopen?”

“De eerste keer dat ik een limietpoging deed zat ik er nog meer dan een seconde boven. Toen dacht ik dat het misschien toch echt te hoog gegrepen was. Maar niets bleek minder waar want op het KvV AC liep ik er maar 29 honderdsten boven en toen wist ik dat ik het eigenlijk echt wel kon halen.”

“Bijna onmogelijke dingen zijn wél mogelijk als je er in gelooft!”

Nenah De Coninck

 

“En dan de verlossende wedstrijd in mannheim. Was het op voorhand gepland daar te lopen?”

“Ja, ik zou sowieso in Mannheim lopen maar dan de 200. Toen mijn trainer Patrick Himschoot echter zag dat ik heel graag de limiet voor het WK wilde lopen, heeft hij besloten om in Mannheim de 200 te vervangen door een 400H om dan hier in Belgie een 200 te lopen ipv een 400H. Dit omdat ik in Mannheim meer tegenstand zou hebben en er dan meer kans zou zijn om de limiet te lopen.”

“Heb je iets speciaal gedaan voor die wedstrijd of viel alles gewoon samen toen?”

“Ik heb eigenlijk niets speciaal gedaan. De weersomstandigheden waren er toen wel beter dan bij mijn limietpogingen hier in België, maar het is vooral gelukt omdat mijn passen tussen de horden eens helemaal juist uitkwamen!”

“Hoe is het daarna verlopen in aanloop naar het WK?”

“Ik heb erg veel getraind op 400H zodat mijn passen zeker juist zouden uitkomen.”

“Kan je eens in het kort uitleggen hoe zo’n WK verloopt?”

“De heen- en terugreizen waren nogal lang. We moesten telkens 6 uur wachten in Istanboel en dat was wel een beetje vervelend. In Donetsk zelf was het super. Het weer was goed. Het hotel lag vlak naast de piste en was ook zeer mooi maar het eten kon wel beter. We moesten wel heel zelfstandig zijn; op wedstrijddagen moesten we ervoor zorgen dat we op tijd opstonden, op tijd gingen eten, op tijd een busje naar de opwarmingspiste namen, etc. Op vrije momenten mochten we kiezen wat we deden en dan ging de keuze wel altijd naar rust. Wat ik wel spijtig vond is dat we slechts een uurtje van de afterparty konden meemaken omdat we meteen moesten vertrekken naar de luchthaven voor onze terugvlucht!”

“Was je topprestatie op het WK zelf onverwacht of wist je dat je onder de minuut kon lopen?”

“Mijn doel op het WK was onder de minuut lopen en als ik echt iets wil bereiken, dan ga ik er voor de volle 100% voor dus ergens wist ik dat het mij zou lukken! Dat ik de finale ging lopen was bijna onmogelijk, maar toen dat er ook nog eens bijkwam werd ik helemaal gek! Van vreugde he!”

“Wat heb je bijgeleerd op het WK?”

“Dat bijna onmogelijke dingen wél mogelijk zijn als je er in gelooft en dat je al blij mag zijn als je er kan lopen; één van de topfavorieten was gevallen tijdens de halve finales, maar dat kan iedereen wel eens overkomen… Ik heb er vooral veel ervaring opgedaan. Zo’n groot kampioenschap, al de callrooms waar je op tijd moet zijn, … En alles was er in gebrekkig Engels te doen! (lacht)”

“Wat was voor jou het allerleukste moment in Donetsk?”

“De finale. Mijn ouders en jongste broer zouden enkel voor de finale naar Donetsk komen en het was zo leuk om te zien dat ze zo fier waren op mij! Toen we net voor de start ons aan het klaarmaken waren keek ik nog eens naar hen en zag ik ineens een Belgische vlag met daarop ‘GO NENAH’. Dat moment is echt onbeschrijflijk. Om dan de finale te lopen en 7e van de wereld te worden… ja dat is echt super!”

“Omdat ik graag goed presteer, neem ik met plezier de levensstijl van een topsporter aan”

Nenah De Coninck

 

“Wat kwam er na het WK?”

“Na het WK heb ik eigenlijk alleen maar op 100H getraind. Op het KvV en BK scholieren heb ik daar ook nog vrij goed op gepresteerd al heb ik de 400H wel gemist toen.

“Een ander nummer, andere doelen en dus hernieuwde motivatie?”

“Ja, eigenlijk wel! Ook omdat ik samen met Chloë (Beaucarne, red.) train en zij een 100H loopster is. Onze trainer zet ons graag tegen elkaar op bij kampioenschappen.”

“Wat drijft je om hard te blijven werken, te trainen en ervoor te leven?”

“Het is een individuele sport dus je moet zeker hard trainen als je wilt presteren, maar ik doe het heel graag. Het leven van een topsporter is totaal anders dan dat van iemand anders; je moet op je voeding letten, zo goed als nooit uitgaan, … Als je dat niet kan dan wordt het moeilijk om te blijven presteren. Omdat ik graag goed presteer heb ik het er zeker voor over om die levensstijl aan te nemen.”

“Wie is je grootste steun en wie zijn je trouwste supporters?”

“In de eerste plaats mijn ouders. Ze hebben mij de kans gegeven om topsport te doen en ze weten dat ik het graag doe. Tijdens mijn blessurejaren heb ik enorm veel steun gehad van hen. Ook mijn osteopaat Frédéric Van Burm, waar ik geregeld eens langsga, helpt mij er altijd bovenop. Mijn grootste supporter is zonder twijfel mijn jongste broer Nelson. Die heeft in heel mijn atletiek’carrière’ nog geen 3 wedstrijden gemist, denk ik, en hij is ook altijd enorm fier op mij. Hij kijkt zo op naar mij en dat vind ik zo schattig! Mijn ouders en oudste broer zijn natuurlijk ook enorme supporters.”

“Wie maakt er nog deel uit van je omkadering?”

“Mijn trainer Patrick Himschoot en al de meisjes waar ik mee train. Het is een redelijk hechte groep en we zijn altijd blij voor elkaar ondanks het feit dat we allemaal concurrenten zijn.”

“Wat vind je belangrijk als atleet?”

“Vooral dat je het graag doet en dat je ‘neen’ kan zeggen tegen sommige dingen zodat alles in jouw voordeel blijft.”

“Heb je tips voor jonge (beloftevolle) atleten?”

“Geef nooit op en blijf altijd in jezelf geloven! Als er blessures opkomen, aanvaard ze en je zal er sterker uitkomen!”

“Wat wil je nog kwijt aan atletiekliefhebbend België?”

“Dat ik enorm fier ben dat ik onze Belgische driekleur heb mogen verdedigen en dat ik dat in de toekomst zeker nog ga doen!”

“Bedankt, Nenah!”

 

NB: Uitzonderlijke dank aan Joppe Geluykens voor deze bijdrage.