Zijn job als leekracht LO laat Lander Tijtgat heel even voor wat het is, om zich in het Amerikaanse Flagstaff vijf weken lang als een profatleet op het zomerseizoen voor te bereiden. Hij zal er ook minstens één 5.000 meter afwerken. Ondertussen heeft Tijtgat, die volgende week 36 wordt, ook beslist hoelang hij nog doorgaat. Dat vertelde hij aan de VAL.

Maandag vertrekt Lander Tijtgat/EA voor zijn Amerikaans avontuur. Hij neemt vijf weken onbetaald verlof. “Het is de eerste keer dat ik zo’n stage doe en ik kijk ernaar uit. Gisteren heb ik nog vier uur geschaatst en met verschillende klassen naar de schaatsbaan gefietst. Dat soort dingen ga ik daar niet meer moeten doen. Ik kan er leven als een prof. Het is wel de allereerste keer dat ik zonder mijn gezin op ‘vakantie’ ga, dus dat wordt niet makkelijk.”

Twee factoren moeten Lander vooruit stuwen in Amerika: het leven als profatleet, maar ook de hoogte, want Flagstaff ligt op iets meer dan 2.100 meter. “Hoe mijn lichaam reageert op die hoogte kan ik moeilijk inschatten. Vooral de rust gaat het doen. Thuis heb ik bijna geen rust: ik kom om 17 uur thuis en tussen 18u en 20u train ik elke dag. Misschien ga ik mij op stage zelfs vervelen”, grapt de poulain van Raymond Van Paemel.

Alle elementen bij mekaar opgeteld, verwacht Lander een reuzehap af te doen van zijn persoonlijk record van 13’56”22 in de 5.000 meter. “Ik verwacht een gigantisch verschil en denk vele tientallen seconden van mijn PR af te doen. Na een quasi ideale winter is de sky the limiet, al ben ik natuurlijk geen 13’15 waard, we moeten realistisch blijven. Ik droom van 13’30 of net eronder.”

Om de gedroomde chrono’s te kunnen realiseren, is er de afgelopen weken al hard getraind. “Na het BK cross deed ik tien dagen alleen maar hele rustige duurlopen, maar daarna heb ik heel wat zware kwaliteitstrainingen gedaan. In Amerika keer ik terug naar de basis en wil ik heel veel kilometers doen. Thuis doe ik er in het beste geval 100 per week, op stage zal dat 120 à 130 zijn. Door de rust moet ik dat aankunnen.”

Ondertussen krijgt ook de wedstrijdplanning van Lander meer vorm. “Op 18 april loop ik in Los Angeles al een 5.000 meter. Dat moet een richtingaanwijzer worden voor de rest van het zomerseizoen. Ik zou heel graag ook in Stanford lopen op 3 mei, maar dat is momenteel uitgesloten. Om binnen te geraken zal ik mij in Los Angeles moeten bewijzen. Bij thuiskomst staat zeker de IFAM op de planning, maar misschien geraak ik ook wel in enkele grotere meetings binnen.”

Het hoger doel waarvoor de bijna 36-jarige nog elke dag de loopschoenen aantrekt, komt er volgend jaar aan. En gezien zijn leeftijd komt dan meteen ook de eindmeet in zicht. “Tokio is wat mij nog drijft. Als ik dit jaar in de buurt kom, kan ik volgend seizoen een nog realistischere poging wagen. Daarna wil ik in Dublin (in december 2020) nog één keer het EK cross lopen, en dan is het gedaan. Mijn sport weegt op ons gezin. Het doen pijn dat ik nooit naar een basket- of voetbalmatch van mijn zoons kan gaan kijken.”