Twee weken geleden mocht Tuur Bras de aftrap geven van onze nieuwe rubriek. Het zomerseizoen trek zich stilaan op gang én zorgde hier en daar al voor knalprestaties. Ook de beloftevolle atleten die wij de komende weken aan het woord laten hebben hierin hun aandeel. Vandaag is Tim Van De Velde aan het woord. De 16-jarige Van De Velde stoomde gisteren in Herentals nog naar een nieuw BR op de 3000m bij de scholieren. Vandaag stoomt hij door een interview met ons.
Tim, hoe én door wie ben je met atletiek begonnen?
“Ik ben op 6-jarige leeftijd gestart met atletiek. De sport was gekend in de familie: mijn zus liep al, mijn mama vroeger ook en mijn tante geeft training. Het was voor mij een logische stap om atletiek te proberen en ik had de smaak meteen te pakken.”
Wanneer ben je voor het eerst fanatiek aan atletiek beginnen doen?
“De eerste jaren beleefde ik al spelenderwijs. Het is pas bij de overstap van de miniemen naar de cadetten dat ik voor het eerst ben beginnen trainen. Het speelaspect is er op die manier zachtjes uitgegroeid.”
Het grote publiek leerde je kennen op de steeple. Ben je van plan om verder te gaan in dat nummer, of ga je de balken op termijn vaarwel zeggen?
“Ik hoop nog verder te groeien op de steeple. Het is een geweldig nummer in mijn ogen. Het lopen van een steeple is zalig, maar het is ook een streling voor het oog. Ik ben dus zeker niet van plan om de balken vaarwel te zeggen!”
Wat heb jij als mooiste moment ervaren tot nu toe als atleet?
“Ik kies graag twee momenten. Internationaal steekt mijn Europese titel op de 2000m steeple van vorige zomer er uiteraard met kop en schouders bovenuit. Het deed ontzettend veel deugd om de kleuren van mijn land te mogen verdedigen en met die titel naar huis te kunnen keren. Het applaus dat ik daar in ontvangst mocht nemen en het volkslied dat werd gespeeld: een moment om nooit te vergeten. Iets kleinschaliger, maar even mooi voor mezelf was mijn eerste Belgische record op de 1500m steeple. Ik had totaal niet verwacht om als cadet een Belgisch record in handen te krijgen.”
Je bent Europees kampioen geworden bij de scholieren. Hoop je dan om stiekem dit jaar al aan een juniorenkampioenschap deel te nemen ondanks dat je nog een jaar als scholier af te leggen hebt?
“Ergens hoop ik natuurlijk wel om al eens te proeven van een kampioenschap bij de junioren, maar ik ga niet teleurgesteld zijn als ik daar niet in zou slagen. Ik zal dan ook alleen maar proberen de limiet te behalen om de 1500m. De 3000m steeple is pas voor volgend jaar! Ik heb inderdaad nog een jaar als scholier af te leggen, maar ik heb vorig jaar van het internationaal niveau mogen proeven én dan wil je gewoon meer.”
Hoe ziet een gemiddelde trainingsweek er bij jou uit?
“Op maandag staat er meestal een duurloop van 16km op het programma. Dinsdag staat in het teken van tempowerk. Hier is er uiteraard variatie. In de winter wordt de focus op lange tempo’s gelegd, tussen 500m en 3.000m, met het oog op de vedlopen. Momenteel en tijdens de rest van de zomer gaat dit voornamelijk om afstanden tussen 300m en 600m. Woensdag staat in het teken van snelheid, aangezien ik dan opteer voor 10x100m met korte rust. Donderdag is een volledige rustdag. Je moet ook eens na school in je zetel kunnen ploffen (knipoog). Vrijdag volgt er opnieuw snelheid, maar dan gaat het om herhalingen van 200m! Zaterdag kan opgevuld worden door rust of een rustig loopje van 50 minuten. Op zondag tot slot kan ik genieten van een fartlek waarin er heel veel variatie aanwezig is.”
Hoe verteer je de combinatie sport en school en hoe zie je die op termijn evolueren?
“De combinatie tussen sport en school verloopt momenteel erg vlot. Ik heb wel al besloten dat ik eenmaal in het hoger zit ervoor ga opteren om niet al mijn studiepunten op te nemen en dus mijn studies zal spreiden.”
Heeft voeding een groot aandeel in je successen?
“Goh eerlijk gezegd let in nog niet echt op mijn voeding. De dagen voor een wedstrijd doe ik dat natuurlijk iets aandachtiger, maar het gebeurt wel eens vaker dat ik nog “zondig”. Nu moet dat kunnen, want ik hoop nog een extra stap te zetten in de toekomst wanneer ik echt op voeding ga letten.”
Welke generatiegenoten zie je deze zomer een grote stap voorwaarts zetten?
“Ik zie een hele resem leeftijdgenoten een stap zetten! Ik denk dan onder meer aan Tuur Bras, Elise Lasser, Jonathan Sacoor, Remi Schyns, Sven Van Den Bergh en Jaan Bal! Zij hebben stuk voor stuk mooie dingen laten zien afgelopen winter en ze zullen die lijn ook doortrekken.”
Welke (internationale) atleten spreken je het meeste aan en zijn er bepaalde wedstrijden die in je geheugen gegrift staan?
“Een misschien ongewone keuze als afstandsloper, maar Usain Bolt is toch dé allergrootste en iedereen droomt er ongetwijfeld van om een even grote naam te worden als hem. Er zijn echter nog atleten die me aanspreken. David Rudisha laat elke keer opnieuw een grote indruk op me na. Zijn geweldige stijl met enorm lange passen is ongelooflijk. Enorm veel resepct heb ik voor Evan Jager, omdat hij als quasi enige blanke niet bang is van de Afrikaanse atleten op de steeple. Zijn 3.000m steeple op de Diamond League-meeting in Parijs ga ik blijven onthouden. Hij leek toen enorm lang op weg naar de overwinning en een tijd onder de acht minuten, maar kwam helaas ten val.
https://www.youtube.com/watch?v=JYuZuIjOxwA
Mijn eigen Europese titel van vorig jaar ga ik daar niet naast plaatsen, maar onthouden ga ik die zeker doen. Ik zou Bashir Abdi ook nog in dit lijstje willen zetten. Ik had het genoegen om met hem op te warmen voor de start van de Zandvoort Circuit Run en hij heeft een erg sympathieke en nuchtere indruk nagelaten bij mij.”
Wat kan er tot slot in jouw ogen gedaan worden om atletiek een meer attractieve sport te maken om zo ook de bijbehorende (extra) belangstelling te krijgen?
“Er moet genoeg positief nieuws komen vanuit onze sport. Negatieve publiciteit, zoals dopingschandalen, kunnen we missen als kiespijn. We hebben ook grote atleten nodig, zoals een Usain Bolt, die naast hun prestaties ook hun mond durven opentrekken! Die grote namen moeten ook reclame kunnen maken én het publiek aantrekken, zoals Tia Hellebaut en Kim Gevaert dat hier konden, maar dan ook op wereldschaal.”
Scholieren
800m: 1’52″41
1500m: 3’48″40 (vierde AT)
1500m indoor: 3’55″38 (BR)
Mijl: 4’12″44 (BR)
3000m: 8’00″21 (BR)
2000m steeple: 5’47″90 (tweede AT)
Cadetten
800m: 1’57″05
1500m: 3’55″91 (tweede AT)
1500m steeple: 4’13″62 (BR)
Veldlopen: 3 x Vlaams kampioen – 4 x Belgisch kampioen
Indoor: 2 x Vlaams kampioen AC 1500m
