Ben Broeders heeft er al een hele mooie week opzitten met een vierde plaats in zijn allereerste Diamond League in Parijs, gevolgd door een prestigieuze zege in Rovereto. En toch is zijn honger nog niet gestild. Hij wil dit weekend in Brussel absoluut zijn eerste Belgische titel ophalen, en moet dus voorbij Arnaud Art.

“De sfeer was enorm en de wedstrijd daardoor heel leuk”, blikt Ben Broeders nog even terug op zijn passage in de Diamond League van Parijs. “Mijn vierde plaats leverde evenveel punten op voor de wereldranking als een Belgische titel, dus dat is mooi meegenomen.”

Met het rankingsysteem, de voornaamste kwalificatieweg naar de Olympische Spelen in Tokio, zit Broeders momenteel behoorlijk in zijn hoofd. “Als enkel de hoogte zou tellen, zou ik heel goed staan. En toch heb ik weinig punten, omdat ik nog niet aan veel grote events kon meedoen. Het is tijd om daar iets aan te doen, en Parijs en Rovereto vormden een goeie start. Ook op het BK zijn veel punten te rapen, en zo wordt dat kampioenschap opgewaardeerd. Ik vind dat geen slechte zaak.”

Omwille van de punten, maar ook om nog andere redenen, hecht Broeders veel belang aan het BK zondag. “Ik kijk ernaar uit en maak er een punt van om daar een topprestatie neer te zetten. Nog nooit heb ik die wedstrijd gewonnen. Eén keer had ik hem moeten winnen, maar zat ik met buikgriep. De andere keren was Arnaud Art te sterk.” Dit jaar lijkt Art niet in zijn beste doen. Verwacht Broeders desalniettemin tegenstand van hem? “Hij is moeilijk in te schatten. Zelf begin ik alleszins weer in vorm te geraken na de rustperiode die ik inlaste na de Universiade in juli.”

Broeders heeft de WK-limiet al lang op zak, en kan dus rustig toeleven naar Doha. “Stiekem hoop ik wel nog op de olympische limiet van 5m80, dan moet ik mij met die wereldranking niet meer bezighouden. Maar ik zoek nu vooral nog wedstrijdritme met oog op Doha. Na het BK spring ik op 4 september nog in Aachen, daarna vertrek ik op stage naar Rome met de Zweedse selectie. Mondo Duplantis en de andere Zweedse topspringers zullen er allemaal zijn.”

In Italië doet de Leuvenaar nog aan enkele lokale wedstrijdjes mee, daarna vliegt hij rechtstreeks door van Rome naar Doha.