Het is dit seizoen extra lang wachten geweest tot de grootste atletiekafspraak van het jaar, maar nu komt het WK in Doha toch echt in zicht. Nog drie dagen te gaan. Wij blikken in een vijfdelige voorbeschouwing vooruit, vandaag zijn de Belgische spurters aan de beurt. België is met drie aflossingsploegen in Doha, en dus vormen de 13 spurters een groot aandeel in onze nationale WK-selectie van 29 leden. Hoeveel finaleplaatsen kunnen ze in de wacht slepen?

Maandag pas, op de vierde dag, komt met Imke Vervaet een eerste individuele Belgische spurter in actie op de 200 meter. Ze werd pas op het allerlaatste nippertje opgevist en als 50e op de startlijst mag ze geen al te grote ambities koesteren. In de halve finales zijn slechts 24 plaatsjes, om de reeksen te overleven is vermoedelijk een chrono van om en bij de 23.00 nodig. Vervaet, die dit seizoen al 23.25 liep, heeft wel als troef dat ze in topvorm verkeert, terwijl verschillende atletes al over hun piek zijn.

Dinsdag begint Jonathan Sacoor aan zijn individueel WK op de baanronde. Hij staat 33e op de startlijst, maar zijn vormpeil ging de afgelopen maanden in stijgende lijn. Dat doet ons vermoeden dat het zeker mogelijk moet zijn om zich bij de beste 24 te scharen en dus de halve finales te bereiken, ook al omdat hij al een paar keer bewees er te staan op de momenten die ertoe doen. In het verleden was 45.50 altijd snel genoeg om de reeksen te overleven, Sacoor liep dit jaar al 45.31. Finale halen lijkt in principe te hoog gegrepen, maar misschien kan de juniorenwereldkampioen wel voor top 12 of top 16 gaan.

Paulien Couckuyt en Hanne Claes – Foto: Jimmy Cailly

Ook Sacoor’s trainingsmaatje Hanne Claes en Paulien Couckuyt komen dinsdag voor het eerst individueel in actie. Zij staan als 19e en 22e behoorlijk hoog op de inschrijvingslijsten van de 400 meter horden en moeten in staat geacht worden om het samen tot in de halve finales te schoppen. Couckuyt, die in juli Europees kampioen werd bij de beloften, gaf wel al aan dat het niet makkelijk is om haar vorm tot in oktober te rekken. Afwachten hoe dat lukt. Claes mag tot een outsider voor de finale gerekend worden. Dan moet ze wel op het juiste moment de perfecte race afleveren in de halve finales. Om die te overleven was op vorige WK’s een tijd rond 55.00 nodig, het PR van Claes staat op 55.20.

Anne Zagré heeft nog even de tijd om zich klaar te stomen, want haar WK begint pas op zaterdag 5 oktober. De hordeloopster weet ondertussen van aanpakken, want het is al haar zesde WK. Ze staat als 26e ingeschreven en flirt dus op papier met de halve finales, maar was de laatste weken op de sukkel met de lies. Als ze honderd procent fit geraakt, moet het mogelijk zijn om de reeksen te overleven.

Camille Laus – Foto: Jeroen De Meyer

Vier van de vijf namen die we hierboven al noemden, maken ook deel uit van minstens één van de drie Belgische 4×400 meterploegen. De Mixed Relay is al in het eerste weekend aan de beurt met reeksen op zaterdag en finale op zondag. Jonathan Sacoor spaart zich voor zijn individueel werk, het meest voor de hand liggende mannelijke duo is Dylan en Kevin Borlée. Hanne Claes heeft aangegeven dat ze zich niet wil sparen, en in theorie lijkt zij de aangewezen kandidate om samen met Camille Laus in actie te komen. Maar dat is speculatie. Wel zeker is dat een finaleplaats recht geeft op olympische kwalificatie. Dat de wedstrijd aan het begin van het toernooi valt, zou zomaar eens in het voordeel van de Belgen kunnen uitdraaien, want bij andere landen worden vermoedelijk meer toppers gespaard.

De Belgian Cheetahs trekken in een experimentele uitgave naar Doha zonder Margo Van Puyvelde, Justien Grillet en bovenal Cynthia Bolingo. Finale halen en het bijbehorende olympische ticket afdwingen wordt een aartsmoeilijke klus, maar door de steile progressie van Paulien Couckuyt, Imke Vervaet en Manon Depuydt is er samen met vaste waarden Laus en Claes misschien toch iets mogelijk. Hoe dan ook zal het kantje boordje worden voor de Cheetahs. Liefde Schoemaker is in principe reserve.

Al twaalf jaren bezorgen de Belgian Tornados ons op elk kampioenschap iets heel moois om naar uit te kijken op de laatste avond van het toernooi, en dat is nu niet anders. Dat Jonathan Borlée er door een blessure niet bij is, vormt een zware aderlating. Niet dat hij zo goed in vorm was, maar vooral zijn ervaring zal gemist worden. En toch verwachten we de Tornados in de finale, want Kevin en Dylan Borlée en Jonathan Sacoor beheersen de 4×400 meter helemaal, ploegmaats Robin Vanderbemden en Julien Watrin zijn in topvorm. Alexander Doom is reserve.

De Tornados behoren niet tot de favorieten voor een medaille, maar we brengen toch graag even in herinnering dat ze in 2010 in Doha hun allereerste eremetaal veroverden op het WK indoor. Als Kevin Borlée in de slotronde zijn killersinstinct terugvindt, mogen we onze landgenoten niet helemaal uitvlakken voor het podium. Dat zou meteen een primeur vormen, want outdoor lukte het de Tornados nog nooit om een medaille te veroveren op WK of Olympische Spelen.

Foto: Jeroen De Meyer