Naast het strijdgewoel in de Super League van de Interclub was er afgelopen weekend nog heel wat actie in de lagere divisies. In Dampicourt was er het heuglijke wederoptreden van Julien Watrin en een veelbelovende seizoensopener van Merel Maes die de kwalificatie voor haar derde WK junioren op zak stak. Alexander Doom toonde zich snel op de 200m en Andreas De Lathauwer verbeterde nog maar eens zijn BR beloften in het kogelstoten. Op de Franse interclubs kwamen Thomas Carmoy en Mimoun Abdoul Wahab in actie. Over de oceaan beweegt het Amerikaanse studentenseizoen zich al richting slotfase. Met Yanla Ndjip-Nyemeck en Timber Huysmans lieten twee Belgische studenten zich gelden.
De First League Interclub – het tweede niveau onder de Super League – vond plaats in Dampicourt. Zij die de verre verplaatsing naar de meest zuidelijke uithoek van ons land maakten, werden getuige van een straffe comeback. Amper vier maanden na zijn kankerdiagnose trok Julien Watrin opnieuw de spikes aan om zijn thuispiste te betreden. Een zeer verdienstelijke 10″85 op de 100m was zijn deel. Internationale kampioenschapsambities borg Watrin na zijn diagnose meteen op, maar hij heeft er intussen een doel van gemaakt om op de 100mH een tijd te lopen waarmee hij aan het Belgisch kampioenschap mag deelnemen.
Nog in Dampicourt maakte de 19-jarige Merel Maes met veel glans haar seizoensdebuut. De jonge VAC-atlete draait al een tijdje mee op het hoogste niveau, maar komt nog steeds in aanmerking voor het WK junioren. Ze zweefde over 1m87 en is meteen zeker van deelname, waarvoor 1m81 gevraagd werd. Meer ervaren dan onze landgenote zul je ze nauwelijks vinden in Lima: Maes was er ook in 2021 en 2022 al bij tijdens de wereldkampioenschappen in Nairobi en Cali.
Andreas De Lathauwer stootte in de ereafdeling van de VAL in Sint-Niklaas zijn kogel richting 18m90. Daarmee verpulverde de werper van Vlierzele Sportief zijn twee weken oude BR beloften van 18m34. Bij elk van zijn drie outdoorwedstrijden dit jaar sloeg De Lathauwer het nationale beloftenrecord aan diggelen. Het BR A.C. van Georges Schroeder is 48 jaar oud en ligt voor De Lathauwer nog 44cm verderop.
De wereldkampioen op de indoor 400m betwistte voor zijn club dit weekend de 200m. Alexander Doom dook in Nieuwpoort met net iets te veel rugwind onder de 21 secondengrens en klokte 20″89. Op de Franse interclubs maakte Mimoun Abdoul Wahab indruk. De lage hordenspecialist werkte zijn baanronde met hindernissen af in 50″21. De 20-jarige atleet ging twee jaar geleden al eens een honderdste sneller, maar deed in Grenoble anderhalve seconde beter dan zijn seizoensbeste chrono van 2023. Thomas Carmoy had voor zijn Franse club een sprong over 2m25 in huis, zijn beste prestatie tot nog toe onder de vleugels van Tia Hellebaut.
Timber Huysmans studeert aan de University of Charleston en werkte afgelopen weekend een sterke 200m af. Hij nam een hap van twee tienden uit zijn PR en liet 20″97 noteren. Yanla Ndjip-Nyemeck trad voor UCLA aan in de PAC-12 Conference Championship. Die lokale krachtmeting tussen een beperkt aantal scholen is de laatste kans voor atleten om een top 48-tijd neer te zetten waarmee ze zich kunnen kwalificeren voor het westelijke of oostelijke NCAA-kampioenschap over twee weken. Alleen de allerbesten van die regionale kampioenschappen mogen deelnemen aan de nationale finale half juni. Ndjip-Nyemeck had met een seizoensbeste chrono van 13″06 op de hoge horden haar plaatsje bij de beste 48 in het westen al ruim beet. Toch kwam ze nog eens stevig uit de pijp door in de reeksen 13″08 te klokken. In de finale bleef het bij 13″45. Voor Marie Bilo – die 2’05″72 op de 800m en 4’16″01 op de 1500m kan voorleggen – wordt top 48 in het oosten op beide afstanden kantje boord. Op de 1500m zijn haar kansen het grootst.
