Rani Rosius heeft op de IFAM Indoor in de Gentse Topsporthal voor de enige Belgische EK-limiet van de avond gezorgd. Rosius was in de derde van drie reeksen op de 60m goed voor een PR van 7″23, één honderdste onder de gevraagde 7″24. Delphine Nkansa was de snelste atlete met een PR van 7″22 in de reeksen en 7″21 in de finale. In het kogelstoten ging Jolien Boumkwo op het elan van vorige week door. Ze verbeterde haar eigen BR tot 17m24.

Na de IFAM Indoor zijn twee landgenotes zeker van hun ticket naar Istanboel op de 60m. Delphine Nkansa liep eerder dit seizoen al de gevraagde 7″24 om haar EK-ticket veilig te stellen. Rani Rosius maakt nu ook deel uit van dat lijstje. Rosius liep in de reeksen van de IFAM naar een PR van drie honderdsten met 7″23, één honderdste onder de gevraagde chrono voor het EK. Nkansa liep nog een fractie sneller in de reeksen met 7’22.

In de finale ging Nkansa alweer sneller. Ze pitste nog één honderdste af van haar nieuwe besttijd. Rosius liet een knappe 7″26 optekenen, maar moest wel de Nederlandse N’Ketia Seedo (7″21) voor zich dulden. Op de Belgische ranglijst aller tijden moet het duo alleen de meeting director van de Allianz Memorial Van Damme, Kim Gevaert, voor zich dulden die 7″10 achter haar naam heeft. Rani Vincke liet zich eveneens opmerken door naar 7″35 te snellen. Kobe Vleminckx slaagde er niet in om op de 60m een EK-ticket af te dwingen. De bonkige atleet blesseerde zich in de opwarming aan de enkel en kwam in de reeksen en finale daardoor niet verder dan 6″79 en 6″78. Vleminckx bleef zo een eind verwijderd van de winnende chrono van Reece Prescod. De Brit snelde naar 6″59.

Jolien Boumkwo zorgde net als Rosius voor een hoogtepunt. Boumkwo stootte haar kogel in haar eerste beurt opnieuw voorbij de 17m. Met 17m24 verbeterde ze haar eigen één week oude Belgisch record met 23 cm. Met deze afstand doet de VAC-atlete meteen ook beter dan haar persoonlijk record in openlucht.

Jolien Boumkwo – Foto: Peter Wagemans

Op de dubbele baanronde ging de overwinning met 52″44 naar de Britse Laviai Nielsen. Hanne Claes kan echter tevreden terugblikken op haar optreden in de Topsporthal. Claes snelde namelijk naar een nieuw persoonlijk record van 52″97 en schuift daarmee op naar de derde plaats op de Belgische ranking aller tijden. Ook Helena Ponette zet stappen op de ranking. Haar 53″38 uit het voorprogramma brengt haar naar plaats zeven in diezelfde lijst. Ponette kende echter een begenadigde dag door ook op de 300m uit te pakken met een sterke chrono. Met 37″41 bleef ze niet alleen Naomi Van den Broeck voor, ze wipt ook over haar collega Cheetah naar plaats twee op de ranking aller tijden. Van den Broeck snelde in haar zog naar een nieuw PR van 37″73. Kylie Lambert zorgde met 38″11 voor een nieuw Belgisch juniorenrecord.

Bij de mannen kon Christian Iguacel de 400m net niet naar zijn hand zetten. Iguacel, die vorige week nog naar 21″01 snelde op de 200m, geraakte niet voorbij de Roemeen Mihai Sorin Dringo. Het duo klokte af na respectievelijk 46″59 en 46″97. Op de dubbele afstand konden noch Tibo De Smet, noch Eliott Crestan het laken naar zich toetrekken. De Smet werd vroeg in de wedstrijd aangetikt waardoor hij uit het ritme was. De Belgische recordhouder in zaal kon nadien opnieuw aanpikken, maar had te veel krachten verschoten om het op het einde af te maken. De Smet finishte als derde in 1’47″63. Crestan kende een sterke laatste ronde en zou nog heel dicht komen op Azzedine Habz. Het was uiteindelijk toch de Fransman die het haalde met 1’46″85 tegenover 1’46″88.

Eliott Crestan – Foto: Lucien Lambotte

Camille Laus hield zich knap staande tussen de 800m-specialisten. Laus was niet bang om initiatief te nemen en werd beloond met een nieuw PR van 2’05″98. De winst ging naar de Française Agathe Guillemot in 2’03″67. Op de 1500m haalde Marissa Damink het met 4’15″80. Geen Ruben Verheyden bij de mannen. Hij mag volgende week van start tijdens de World Indoor Tour in Torun en liet met pijn in het hart de meeting van zijn coach schieten. Stijn Baeten was wel van de partij, maar kon zich nooit voorin tonen. Baeten moest zo genoegen nemen met 3’43″25, een fractie sneller dan tijdens zijn solo op het KVV. De Nederlander Robin Van Riel trok aan het langste eind met 3’40″94.

Voor John Heymans werd het net niet op de 3.000m. De DCLA-atleet volgde de eerste ronden attent in het spoor van hazen Hamish Carson en Pieter-Jan Hannes. Toen zij het strijdtoneel verlieten, nam Heymans heel wat kopwerk voor zijn rekening. Heymans perste er alles uit maar bleef met 7’45″48 op anderhalve seconde van de EK-limiet steken. Het levert hem wel een zesde plaats op de Belgische ranking op. Ismael Debjani volgde lang in het spoor van Heymans, maar zong het niet tot het einde uit. Iets over halfweg moest Debjani een gaatje laten en dat kreeg hij niet meer dicht. Hij eindigt op een derde plaats in 7’49″08.

Foto: Jeroen De Meyer

Op de 60m horden greep Anne Zagré ruim naast de EK-limiet van 8″03. De hordeloopster snelde in de reeksen naar 8″22 en een chrono van 8″18 in de finale. De Nederlandse Maayke Tjin-a-Lim was overtuigend de beste met 8″09. Langs mannelijke zijde sprong de chrono van Elie Bacari in het oog. De Vlaamse kampioen dook voor de tweede keer in zijn carrière onder de 8″00. Met 7″86 eindigde hij derde in dit internationaal veld. De Zweed Max Hrelja ging dankzij 7″73 met de bloemen lopen.

Matt Ludwig maakte zijn favorietenrol waar in het polsstokspringen. De Amerikaan zweefde als enige over 5m70. Andreas De Lathauwer was dan weer de beste in het kogelstoten. Hij stelde met 17m38 zijn eigen PR maar liefst een halve meter scherper. Aan de hoogspringstand was Merel Maes baas. De juniore zweefde na haar 1m85 van vorige week nu over 1m83. Noor Vidts deed het met 1m80 ook zeker niet onaardig. De wereldkampioene vijfkamp werkte daarna ook nog de horden en het kogelstoten af. Met 8″38 op de horden scherpte ze haar seizoensbeste aan. In het kogelstoten deed ze het met 13m77 iets minder dan tijdens het KVV waar ze 13m93 stootte.

Boumkwo en Lambert zorgden overigens niet voor de enige Belgische records van de dag. In het voorprogramma was Jaron De Vriese goed voor 21″22 op de 200m. Hij scherpt daarmee het Belgisch juniorenrecord van Jonathan Borlée aan met meer dan één tiende.