Als Paulien Couckuyt de nationale hoogvlieger was van de IFAM Outdoor afgelopen zaterdag, dan was Femke Bol zonder twijfel goed voor de meest indrukwekkende internationale prestatie in Oordegem. Bol verbeterde namelijk tijdens haar seizoensopener in openlucht het Nederlands record van Lisanne de Witte op de 400 met 50″56, tevens goed voor de snelste Europese jaarprestatie. De Europese kampioene op de 400m in zaal richt haar blik de komende weken zoals verwacht op de 400m horden. Op die discipline wil Bol namelijk meestrijden voor de knikker op de Olympische Spelen in Tokio. Haar trainingspartner Lieke Klaver strandde op de IFAM op een zucht een rechtstreekse limiet naar Tokio op de 200m. 

Alles wat Femke Bol aanraakt, verandert in goud. Dat bewees de nog altijd maar 21-jarige atlete op de IFAM Outdoor afgelopen zaterdag in Oordegem. Bol snelde namelijk in haar seizoensopener in openlucht naar een chrono van 50″56, goed voor een nieuw Nederlands record. Dat had zelfs het supertalent in Bol nog niet zien aankomen. “De eerste wedstrijd is altijd spannend en een beetje zoeken. Na 250m begon ik vol aan te zetten en ging ik minder stuk dan verwacht. Deze tijd kwam dan ook eerder onverwacht”, aldus Bol. Komende zomer ligt de nadruk duidelijk op de 400m horden, waardoor een vlakke 400m zeldzaam is in het geval van de Europese kampioene in zaal.

“De komende weken zal ik vooral de 400m horden afwerken, want dat is echt mijn onderdeel. De eerste wedstrijden neem ik de tijd om er wat in te komen, maar in juli wil ik er voor het eerst echt staan en sterke tijden neerzetten. Hopelijk kom ik dan ook al eens oog in oog te staan met de sterke Amerikanen en Jamaicanen. Ik merk dat ik vooruitgang heb geboekt. Als ik ritme kan opdoen zit er wel een PR in. Met wat geluk vallen de puzzelstukjes in Tokio samen. Of dat een medaille oplevert, is nu moeilijk te zeggen. Ik wil op de Spelen graag mijn beste wedstrijd van het seizoen lopen en hopelijk de finale halen. In de finale kan alles, maar als de rest echt supergoed voor de dag komt, dan kan ik ook niet meer doen dan dat”, besloot Bol na afloop van de IFAM.

Klaver strandt op zucht van rechtstreeks ticket naar Tokio op 200m

Bol was niet de enige Nederlandse topper aan de start in Oordegem. Ook Lieke Klaver, een trainingspartner van de hordeloopster binnen de groep van de Zwitser Laurent Meuwly en Nederlander Bram Peters, was van de partij. Klaver evenaarde tijdens de 100m haar PR van 11″46. Vervolgens kroop ze opnieuw in de startblokken op de 200m. Op die halve baanronde knalde Klaver overtuigend naar de zege in 22″83, amper drie honderdsten boven de limiet voor Tokio. De Nederlandse baalde achteraf, aangezien ze maar wat graag rechtstreeks zeker was van dat ticket op de 200m. “Ik was heel kritisch voor mezelf terwijl ik net luchtig en vrolijk hoorde te zijn. Ondertussen besef ik dat ik best tevreden mag zijn met deze tijden, maar ik had zo graag die olympische limiet op de 200m kunnen afvinken. Ik baal echt, want er staat geen 200m meer op mijn programma. Vorig jaar liep ik al eens harder, maar toen was de kwalificatietermijn opgeschort. In mijn hoofd heb ik hem dus al, nu nog op papier”, vertelde Klaver naaf afloop.

De atlete zit mogelijk met een luxeprobleem, aangezien ze zowel op de halve als volledige baanronde uit de voeten kan. De voorkeur lijkt toch uit te gaan naar de 400m. “Op de ranking van de 200m sta ik er goed voor, dus daardoor ben ik er in principe bij in Tokio. Al ben ik momenteel eerder geneigd om voor de 400M te gaan. Indoor ging het echt hard, dus ik weet dat ik outdoor nog een serieuze stap kan zetten. Komende zondag krijg ik in Hengelo een mooie kans om me te bewijzen. Hopelijk zijn de omstandigheden net zo goed als vandaag (zaterdag; red.). De IFAM is jaar na jaar een leuke wedstrijd. Niet alleen ik, maar onze hele trainingsgroep kijkt er telkens naar uit”, besloot de Nederlandse spurtbom.