We zouden haast vergeten dat de wereldtoppers dit weekend ook verzamelden in Eugene voor de derde Diamond League meeting, de Prefontaine Classic, van dit seizoen. Caster Semenya, Noah Lyles, Shaunae Miller-Uibo en Ryan Crouser waren de voornaamste protagonisten tijdens deze tweedaagse. Een verslag van de opmerkelijkste gebeurtenissen.

Niemand opgewassen tegen Lyles en Miller-Uibo

Beginnen doen we met de spurtnummers. De 100m bij de mannen maakte geen deel uit van het Diamond League-circuit, maar dat belette de grotere namen niet om af te zakken naar Eugene. Al snel werd duidelijk dat het een Amerikaans onderonsje zou worden tussen Christian Coleman, de wereldrecordhouder op de 60m indoor, en Ronnie Baker. Op papier maakte die laatste weinig kans tegen Coleman, maar een wedstrijd dient nog altijd gelopen te worden. Baker haalde het wat verrassend van Coleman in een sterke 9”78, weliswaar met een iets te stevige rugwind.
De 200m bij de mannen doet ons weer dromen van een ‘new kid on the block’ in het post-Bolt-tijdperk. De amper 20-jarige Noah Lyles knalde naar een beste wereldjaarprestatie van 19”69 waarmee hij iedereen het nakijken gaf.

Ta Lou en Dafne Schippers -Foto: Jasper Jacobs

Bij de vrouwen haalde Marie-Josee Ta Lou het, ondanks een matige start, nipt van Murielle Ahouré in 10”88 waarmee ze haar PR benadert tot op drie honderdsten. Dafne Schippers startte eveneens matig, maar had niet die extra versnelling zoals Ta Lou. Met 11”01 liet ze wel een seizoensbeste noteren. Geen 200m bij de vrouwen, wel een 400m die allesbehalve ontgoochelde. Shaunae Miller-Uibo hield zich gedurende 300m vrij bedeesd, maar bij het ingaan van de laatste 100m schakelde ze een versnelling of drie hoger waarop de rest geen antwoord klaar had. Miller-Uibo won zo makkelijk in een nieuwe wereldjaarprestatie van 49”52.

Vier wereldjaarprestaties op de afstandsnummers

Het is al lang geen verrassing meer, ook deze keer won Caster Semenya autoritair de 800m. Ondanks een doorkomsttijd onder de 58” kon de tegenstand nog standhouden tot ongeveer 100m van het einde, maar alweer kende niemand een antwoord op de laatste rechte lijn van de Zuid-Afrikaanse. Semenya klokte af na 1’55”92, een nieuwe beste wereldjaarprestatie, meetingrecord en slechts een goede halve seconde boven haar besttijd.

De 1500m zorgde voor meer spanning. Bij het ingaan van de laatste ronde leken nog zo’n acht vrouwen kans te maken op de overwinning. Jenny Simpson leek lang op weg om de overwinning binnen te halen, maar bekocht het vele kopwerk toch in de laatste meters. Ze werd nog nipt voorbij gesneld door Laura Muir én door Simpsons landgenote, Shelby Houlihan. Die laatste haalde het verrassend in 3’59”06, een beste wereldjaarprestatie. Ook op de 5.000m ging dit jaar nog niemand sneller dan Genzebe Dibaba die met 14’26”89 de overwinning op haar naam schreef. De Nederlandse Maureen Koster staakte de wedstrijd.

Jakob Ingebritsen tijdens een interview met Klaas Dewyngaert – Foto: Yngwie Vanhoucke

Op de mijl bij de mannen ging, ondanks de beste wereldjaarprestatie van Timothy Cheruiyot, de meeste aandacht naar het Noorse wonderkind, Jakob Ingebritsen. Met zijn tijd van 3’52”28 duikt hij maar liefst twee seconden onder het huidige wereldrecord in zijn leeftijdscategorie. Cheruiyot zijn tijd bedroeg 3’49”87.

Crouser excelleert, Duitsland boven in het speerwerpen

Meer dan een halve meter bedroeg het verschil tussen Ryan Crouser en zijn dichtste belager. Crouser stak er in het kogelstoten met kop en schouders bovenuit. Na een mooie serie worpen waarbij hij tweemaal flirtte met de 22m-lijn, ging hij er ook twee keer over. Zijn verste worp bedroeg 22m53 waarmee hij het meetingrecord afsnoept van zijn landgenoot Joe Kovacs die in Eugene slechts achtste werd. Een clean sweep, dus drie landgenoten op het podium, is eerder een ongewoon beeld. In het speerwerpen zou dit wel eens de rode draad doorheen het hele seizoen kunnen worden want de Duitsers Thomas Röhler, Johannes Vetter en Andreas Hofmann steken er dit seizoen met kop en schouders bovenuit. De hamvraag hier is eerder wie van de drie het gaat halen. In Eugene was Röhler met 89m88 de sterkste. Het vierde meetingrecord van deze tweedaagse.

In het polsstokspringen bij de vrouwen ging er ook een meetingrecord voor de bijl. Jennifer Suhr stelde dit scherper tot 4m85. Eliza McCartney ging eveneens over deze hoogte, maar liet meer foutpogingen noteren.