Julien Watrin is zesde geëindigd in de finale van de 400 meter horden op het EK atletiek in München. Tot de laatste horde deed hij mee voor het podium. Hij strandde op zeventien honderdsten van zijn eigen Belgisch record.

De baanindeling viel niet helemaal mee voor Julien Watrin, die vanuit baan twee vertrok. Zijn start was niet goed, maar daarna herstelde hij zich uitstekend. Hij tikte de achtste horde zwaar aan, maar bleef in de running voor de medailles. In de laatste rechte lijn streed hij nog altijd mee voor het podium, tot hij vol tegen zijn laatste horde liep. Toen was het over en out. Hij eindigde als zesde in 48″98, amper zeventien honderdsten boven zijn Belgisch record.

Goud ging naar de Noorse wereldrecordhouder Karsten Warholm in 47″12. De Fransman Wilfried Happio won zilver in 48″56. Brons ging naar de Turk Yasmani Copello in 48″78.

“Ik moet toegeven dat ik wel ontgoocheld ben”, zei Watrin na afloop. “Hier lag echt een kans om op het podium te eindigen. Hoewel ik als tweede de laatste rechte lijn in dook, ging het al veel eerder mis. Ik raakte mijn vijfde horde en was vanaf dan wat uit mijn ritme. Ik verspilde gewoon te veel energie onderweg. Die kwam ik tekort in de laatste rechte lijn.”

Watrin trekt wel met vertrouwen naar de 4×400 meter. “Op het vlakke ben ik sneller dan ooit, dat voelde ik vandaag weer ik de opwarming. Dat belooft voor de aflossing. Maar ik hoop toch ook dat ik het op de horden ooit een keer allemaal samen krijg. Een nette race zonder al te veel fouten heb ik nog niet kunnen neerzetten. En dan spreekt mijn coach ook nog over aanpassingen aan mijn passenritme, waardoor ik nog veel tijd kan winnen. Hoewel ik bijna 30 ben, heb ik echt het gevoel dat er nog enorm veel rek op zit”, besloot de nationale recordhouder.