Van donderdag tot zondag staan er in het Nederlandse Apeldoorn vier dagen topatletiek op het programma. Het EK indoor strijkt neer bij onze noorderburen en belooft vonken te geven. De 25-koppige Belgische selectie zit vol ambitieuze atleten die op zoek gaan naar medailles en finaleplaatsen. Ontdek hier alles over hun kansen!
Negen jaar na het EK outdoor in Amsterdam keren de Europese atletiekkampioenschappen terug naar Nederland. Dit keer gaat het om de indoorvariant en is het Apeldoorn dat de Europese toppers zal ontvangen. Dafne Schippers won in 2016 goud op de 100m en de 4x100m, maar heeft de spikes intussen ingeruild voor het petje van toernooidirectrice.
Omnisport Apeldoorn heeft rond de 200m-lange atletiekpiste – sinds deze zomer voorzien van een nieuwe toplaag – ook een indrukwekkende wielerbaan liggen. Vorig jaar nog vond het EK baanwielrennen er plaats en namen de Belgische pistiers 6 medailles mee naar huis. 6 medailles was trouwens ook de bijzonder knappe eindafrekening na het meest recente EK indooratletiek in Istanboel.
Van de medaillewinnaars van twee jaar geleden ontbreken alleen Nafi Thiam en Noor Vidts. De eerste slaat het indoorseizoen over en de tweede verdedigt over twee weken haar wereldtitel op de vijfkamp in het Chinese Nanjing. Thomas Carmoy, Eliott Crestan en de Belgian Tornados zijn opnieuw op de afspraak. Julien Watrin plaatste zich niet individueel, maar maakt voor het eerst sinds zijn afwezigheid door kanker weer deel uit van een Tornados-selectie.

De estafettes en de 400 meters: meteen een medaillekans op de openingsdag?
Op donderdagavond worden de debatten geopend en staat er ook al een eerste titel op het spel. Perfect op maat van het gastland is dat die van de 4x400m Mixed Relay. Nieuw op het EK indoor, maar vooral ook de discipline waarop de Nederlanders in Parijs olympisch goud pakten. Speerpunt Femke Bol focust zich op dit kampioenschap uitsluitend op de twee estafettes en is dus extra gevaarlijk.
Zowel op het EK outdoor in Rome als in de olympische finale strandden de Belgen op de vierde plaats. Komt daarbij dat twee van de atleten die toen telkens in actie kwamen – Alexander Doom en Naomi Van den Broeck – er dit keer niet bij zijn. Toch is de Belgische selectie sterk en zijn de medailles in een rechtstreekse finale met 6 landen nooit veraf. De drie vrouwen die afreizen naar Apeldoorn en in aanmerking komen voor de Mixed Relay zijn Helena Ponette, Imke Vervaet en Camille Laus. Als voltallig team konden de Cheetahs zich niet kwalificeren voor één van de beperkte plaatsjes.
De Belgian Tornados zijn titelverdediger op de 4x400m, regerend indoorwereldkampioen en bevestigden afgelopen zomer hun status als topland door de Europese outdoortitel te pakken. Zonder de nog herstellende Doom en de gepensioneerde Borlée-tweeling is het zoeken naar referenties, maar reden tot paniek is er niet. Heel wat snelle mannen staan namelijk te trappelen om die leegte in te vullen. Dylan Borlée, Jonathan Sacoor, Daniel Segers, de eerder genoemde Julien Watrin, Christian Iguacel en Florent Mabille zijn beschikbaar voor de Tornados en de gemengde aflossingsploeg.

Individueel heeft België op de 400m zowel bij de mannen als bij de vrouwen twee ijzers in het vuur. Jonathan Sacoor is de nummer 4 van het jongste EK in openlucht en liep twee weken geleden een PR van 46″71. Gezien zijn outdoorrecord van 44″98 zit daar waarschijnlijk nog marge op en die zal Sacoor ook moeten vinden om opnieuw voor de medailles mee te spelen. Dit seizoen liepen namelijk al zeven mannen op de startlijst onder de 46 secondengrens.
Daniel Segers mag voor het eerst aantreden op een internationaal seniorenkampioenschap. Hij won op het BK de laatste Belgische krachtmeting en is met 46″21 ook de snelste landgenoot van het jaar.
Imke Vervaet heeft er nu al een fenomenaal indoorseizoen opzitten. De 200m-specialiste dook – in zaal (!) – onder haar outdoor-PR door 23″01 te klokken en had ook op de 400m een straffe chrono in huis. Met 51″99 ontpopte ze zich tot de tweede Belgische aller tijden en plaatste ze zich voor het EK. Op haar 31ste is het pas de eerste keer dat de Cheetah individueel aan een kampioenschap mag deelnemen over 400m. Al haar eerdere kampioenschapservaring deed ze op in de 200m en de 4x400m.
Helena Ponette beperkte zich dit jaar tot één zeer geslaagde wedstrijdweek in de VS. Ze liep met 69″69 de snelste Belgische 500m ooit en scherpte vervolgens haar 400m-PR aan tot 52″16. Voor een finaleplaats wordt het bikkelen, want naast Vervaet gingen nog 13 vrouwen dit seizoen al sneller dan 52″00.

Crestan en Carmoy verdedigen brons, flink wat Belgen op de middellange afstand
Eliott Crestan verkeert in bloedvorm. De 800-specialist sloeg het Belgisch record aan diggelen en won met Ostrava en Liévin twee van de belangrijkste afspraken op de internationale atletiekkalender. Zijn 1’44″69 maakt van hem de zevende Europeaan uit de geschiedenis. Spanjaard Elvin Josué Canales is de enige die dit jaar nog sneller ging dan onze landgenoot. Crestan verdedigt zijn bronzen plak van twee jaar geleden in Istanboel en werd vorig jaar ook derde op het WK indoor. Zelf benadrukt hij steeds dat hij pas aan de finale begint te denken eens hij zich geplaatst heeft, maar de objectieve waarnemer ziet dat Crestan één van de topfavorieten is voor de medailles.
Ook Tibo De Smet en Pieter Sisk treden aan op de 800m. Die eerste was met 1’45″04 de eigenaar van het BR voor Crestan het van hem afsnoepte. Dit seizoen kwam hij tot 1’46″76. Sisk combineert de 800m met de 1500m en realiseerde in 2025 respectievelijk 1’46″88 en 3’36″71. Als hij zich op beide nummers voor de finale zou plaatsen ziet zijn moordend schema er als volgt uit: donderdagavond reeksen 1500m, vrijdagochtend reeksen 800m, vrijdagavond finale 1500m, zaterdagavond halve finale 800m en zondagnamiddag finale 800m.

Op diezelfde 1500m behoren Jochem Vermeulen en Ruben Verheyden tot de tien snelste mannen van het jaar. Hun tweede en vierde plaatsen op het EK outdoor in Rome staan nog op ieders netvlies gebrand. Vermeulen deelde begin februari de eerste prik uit door het BR van Ismael Debjani te verbeteren tot 3’36″17. Een week later ging hij nog negen honderdsten sneller bij zijn 1500m-doorkomst tijdens een mijl die hij in 3’53″68 afwerkte. Eerder die dag had Verheyden echter al brandhout gemaakt van Vermeulens kersverse record. Hij vlamde naar 3’34″49 en is daarmee de nummer zes op de startlijst van dit EK. Na de reeksen en de finale van de 1500m, op donderdag- en vrijdagavond, gaat Verheyden nog niet naar huis. Hij probeert zich over 3.000m voor de finale te plaatsen tijdens de zaterdagochtendsessie. De medaillestrijd staat zondagnamiddag op het programma.
Van de 3.000m heeft ook John Heymans een doel gemaakt. Met een Belgisch record van 7’37″05 op zak toonde hij zich sneller dan ooit tevoren over die afstand. Twee concurrenten klokten al een tijd onder 7’30”, maar de 27-jarige afstandsloper toonde vorig jaar dat hij zelfs op mondiaal niveau mee kan spelen met de allerbesten. Na zijn 8ste plaats op het WK indoor werd Heymans 11e in de olympische finale.

Ook langs vrouwelijke kant is er dankzij Lisa Rooms een Belgische vertegenwoordigster op het langste pistenummer. Zij plaatste zich door 8’47″74 te klokken, goed voor een kleine verbetering van haar eigen BR. Elise Vanderelst deed een gooi naar deelname aan de 3.000m, maar miste ondanks haar stevige 8’50″92 nipt de boot. Op haar meest vertrouwde 1500m is de Europese kampioene van vier jaar geleden er wel gewoon bij.
De eerste Belg die donderdagavond in actie komt is Thomas Carmoy. De 25-jarige hoogspringer moet zich eerst zien te kwalificeren voor de finale. Zijn vorige twee passages op het EKi waren glansrijk, want hij keerde telkens met brons om de nek naar huis. In Torun en Istanboel was daarvoor respectievelijk 2m26 en 2m29 nodig, enkele centimeters boven Carmoys voorlopige seizoensbeste prestatie van 2m24.
In het polsstokspringen nemen twee Belgen de handschoen op. Elien Vekemans begint in Belgische recordvorm aan haar eerste indoorkampioenschap. Ze wipte over 4m56 en droomt al enkele weken van een vlucht over 4m60. Ben Broeders benaderde zijn BR van 5m85 al tot op 5cm. Die hoogte heeft hij ook nodig als hij nog een ticket voor het WK in Nanjing zou willen veiligstellen. De kwalificatieperiode loopt nu zondag ten einde. Qua tegenstand steekt Emmanouil Karalis er in afwezigheid van Mondo Duplantis bovenuit. Achter de Griek die over 6m02 vloog lijkt zich weliswaar een gelijkopgaande strijd aan te kondigen waarbij bijna 10 atleten zichzelf een medaillekans zullen toedichten.

Zevenkamp Hauttekeete en sprinters richten pijlen op finale
Op de startlijst van de zevenkamp staan er zes mannen met een groter PR dan de 6.131 punten van Jente Hauttekeete. Dit seizoen kwam hij bij zijn enige volledige zevenkamp in Aubière tot 6.028 punten. De 22-jarige meerkamper mocht tot dusver ook al drie persoonlijke records bijschrijven. Hij overvleugelde 5m02 in het polsstokspringen, sprintte naar 6″93 op de 60m en stootte zijn kogel naar 14m92.
Door de achillespeesblessure van Michael Obasuyi kwam er in 2025 vooralsnog geen duel met maatje Elie Bacari. Die tweede snoepte Obasuyi in diens afwezigheid het Belgisch record af en zette 7″51 in de tabellen. Bacari liep vorig jaar de finale op het EK outdoor en kwam op het WKi en de Spelen tot in de halve finales. Van alle aanwezigen is hij dit seizoen op papier de nummer zes. Obasuyi raakte net op tijd klaar en werkte zes dagen voor zijn reeks in Apeldoorn opnieuw een wedstrijd af.
Tussenin de twee afsluitende estafettes staat op zondagavond nog de 60m bij de vrouwen op het programma. Aangezien we de Cheetahs moeten missen, zou het Belgisch slotakkoord misschien wel van Rani Rosius en Delphine Nkansa kunnen komen. Met hun respectievelijke seizoensbestes van 7″20 en 7″17 zou het een knappe prestatie zijn om tot in de finale te geraken. Ervaring en stiekeme hogere verwachtingen hebben ze allebei, want in Istanboel schopten Rosius en Nkansa het twee jaar geleden ook tot in dat stadium. Rosius haalde vorig jaar de finale op het WK indoor, na een topdag waarin ze twee keer 7″12 liep en zo tot op 2 honderdsten sloop van Kim Gevaerts nationaal record.
