Het meerkampweekend gaat vandaag van start op het WK in Tokio. De tienkamp begint pas zaterdag, maar Nafi Thiam mag vandaag al tonen wat ze in haar mars heeft op de zevenkamp. De wereldkampioene van 2017 en 2022 gaat na een woelige aanloop opzoek naar een derde mondiale titel op haar palmares. Voor het eerst in lange tijd gaat ze weliswaar als underdog van start en is de favorietenrol weggelegd voor Anna Hall. Volg hier hoe de olympisch kampioene het er op dag 1 van afbrengt.
19u00: De springstijl van Hall en Thiam? Die verschilt behoorlijk. De lange, trage passen van Hall zien er stroever uit dan hoe Thiam de lat aanvalt, maar beide technieken blijken effectief. Beide atleten vliegen over 1m80 bij de eerste poging. KJT heeft een eerste misser laten optekenen.
18u50: Hall heeft al twee geslaagde sprongen achter de rug alvorens Thiam zich rechtzette voor haar openingssprong. 1m77 leverde weliswaar ook geen problemen op voor de atlete met een PR van 2m02.
18u25: Hall, ‘KJT’ en Thiam mogen het op dezelfde hoogspringstand uitvechten. Hall begint op 1m74, Thiam en de Britse leggen de beginlat drie centimeter hoger.
17u50: Terwijl Thiam haar aanloop aan het uitzetten is, komt topfavoriete Anna Hall over de streep van haar 100m horden. De Amerikaanse was met 13″05 een pak sneller dan onze landgenote, al heeft ze intrinsiek de kwaliteiten om nog veel sneller te gaan. Hall staat momenteel derde in de tussenstand met 83 punten voorsprong op de voorlopige nummer vijftien, Thiam.
17u40: Rust? Niets van. Met vier disciplines op één avondsessie is het in één rechte lijn richting de hoogspringstand. Dat gaat normaal over 40 minuten van start, al zal het waarschijnlijk nog veel langer duren alvorens het aan Thiam is.
17u35: De kop is eraf. Nafi Thiam heeft haar eerste tien horden van deze zevenkamp overwonnen. Ze kwam degelijk, maar niet flitsend uit de blokken. Ze voelde Katarina Johnson-Thompson al snel langszij komen. Thiam was dus al vroeg op achtervolgen aangewezen, maar zag haar achterstand in het tweede deel niet meer groter worden. Ze finishte uiteindelijk als vijfde in 13″61, haar snelste tijd van het seizoen. Ter vergelijking: op het EK in Rome opende ze met 13″74. Op de Olympische Spelen ging ze maar vijf honderdsten sneller.
