Op de ISTAF in Berlijn hebben de twee Belgische vertegenwoordigers het er uitstekend vanaf gebracht. Eline Dalemans scherpte haar eigen Belgisch record op de 2.000m steeple met zeven seconden aan. Paulien Couckuyt zette haar opmars verder met een nieuw seizoensbeste dat een halve seconde onder haar vorige lag.
Het laatste Belgisch record uit Berlijn – van de hand van Chloé Herbiet gisterenavond – was nog niet koud, of Eline Dalemans kwam er al een volgend neerzetten. De nationale recordhoudster op de 2.000m en de 3.000m steeple waagde tijdens de ISTAF nog eens haar kans op de kortste van die twee afstanden. Ze koos voor het tweede pelotonnetje, maar had een sterke laatste wedstrijdhelft in huis. Eén van de koploopsters stortte in en Dalemans sprintte naar plaats drie in 6’05″53. Dat leverde haar naast kostbare WK-rankingpunten vooral een verpulvering van haar eigen Belgisch record op. Vorig jaar had ze dat op 6’12″79 gebracht. Dit keer ging het 7(!) seconden sneller.
Dalemans was niet de enige landgenote die in actie kwam op de blauwe piste van het Olympiastadion. Paulien Couckuyt trad aan op de 400m horden en boekte opnieuw tijdswinst. Ze opende haar seizoen in juni met 56″69, liep vorige week al 55″79 en ging vandaag nog eens een halve seconde sneller. Met 55″23 snelde ze naar de plek drie in haar zevende chrono ooit op de lage horden. Couckuyt is dankzij de 54″64 die ze vorig jaar op de Spelen liep al zeker van een WK-ticket.

Verder maakte Narve Gilje Nordas indruk. De Noor won de mijl in 3’47″68, de achtste Europese prestatie aller tijden. Nederlander Menno Vloon wipte in het polsstokspringen over 5m92, een evenaring van zijn hoogste sprong ooit in openlucht. Ditaji Kambundji won een sterkbezette 100m horden in 12″52 voor Nadine Visser. Yasser Triki won het hinkstapspringen door 17m00 neer te zetten. Ook de olympische verspringkampioene van Tokio, Malaika Mihambo, gaf haar thuispubliek waar voor hun geld. Zij mocht de overwinning vieren dankzij een vlucht richting 6m73.

Tot slot ook nog een noemenswaardige prestatie van dit weekend die niet in Berlijn werd neergezet. Michael Obasuyi klokte in Rotterdam op de hoge horden zijn beste chrono van het seizoen. Met 13″34 bouwt hij gestaag weer richting zijn beste vorm en liet hij zijn tiende tijd ooit noteren.
Eline Dalemans – 3e op de 2.000m steeple in 6’05″53 (Belgisch record)
“Het tempo dat ze vooraan liepen heb ik bewust niet gevolgd. Dan was ik uiteindelijk stilgevallen. In het begin voelde het traag aan, maar ik ben vooral met de plaats bezig geweest. Ik heb kunnen opschuiven en houd hier een goed gevoel aan over. Ik heb een paar moeilijke weken gehad na Maribor waarin de trainingen niet altijd lukten. Vandaag ging het beter dan verwacht dus ik ben tevreden. In mijn beste vorm denk ik dat ik richting 6’00 kan gaan.”

De derde plaats leverde Dalemans finaal heel wat punten op voor de Road To Tokyo-ranking, waarin ze voor vandaag 2 plaatsjes buiten het top 36-quotum stond. “Ik hield een specifieke concurrente in de gaten en haar heb ik nooit gezien, dus dat gaf goede moed. Toen ik over de finish kwam wist ik niet eens welke tijd ik gelopen had. Met de derde plaats was ik alvast tevreden.”
“Ik weet nog niet zeker of ik naar het WK mag gaan en voor mij is zo’n kampioenschap mentaal sowieso niet simpel. Met ouder te worden heb ik me beter leren afsluiten, maar vroeger crashte ik door de omstandigheden op grote wedstrijden. Ondertussen heb ik wat trucjes geleerd om daarmee om te gaan. Op dat vlak ben ik nu beter gewapend.”
Paulien Couckuyt – 3e op de 400m horden in 55″23 (SB)
“Dit is een mooie stap vooruit. Een halve seconde beter dan vorige week is niet slecht. Natuurlijk wil je als atleet liever dichter bij je persoonlijk record komen, maar ik heb er alle vertrouwen in dat ik in Tokio in mijn beste vorm ooit ga zijn. Als je te vroeg in het seizoen piekt, wordt het een heel lang jaar, terwijl ik nu verwacht om eind september nog vol energie te zitten. Ik voel mij op training beter worden en heb alleen nog één goeie trainingsperiode nodig. Ik ga goed zijn in Tokio, daar ben ik gerust in.”
“Het zijn moeilijke maanden geweest, maar nu heb ik geen enkele last meer van blessures. Alleen had ik een grote achterstand weg te werken en was ik mentaal ook even minder, omdat ik de vechtlust kwijt was. Ondertussen ben ik met kiné Frederik Adriaensens ook hard aan de zwakke plekken in mijn rug en hamstrings aan het werken.”

Nu ze terug op het goede pad zit, hoopt Couckuyt binnenkort een snelle vlakke 400m te lopen. “Dat zal nodig zijn om mij in de ploeg te lopen bij de Belgian Cheetahs. Ik weet nog niet exact waar, maar waarschijnlijk IFAM of Kessel-Lo.” Op de World Relays in China was Couckuyt aanwezig, maar kon ze niet in actie komen: “Dat was héél pijnlijk. Ik was daar om eindelijk nog eens een steentje bij te dragen, maar dat ging niet. Tegelijk was ik blij dat er nieuwe Cheetahs opstonden vol goesting. In Tokio wil ik opnieuw een bijdrage leveren aan de ploeg. Ik zou heel graag samen met Imke en Camille de reeksen lopen, want wij hebben samen hele mooie herinneringen aan Tokio. Individueel wil ik rechtzetten wat er op de Spelen toen is misgelopen. Mijn grote doel is om nu wél in de finale te staan, maar dan zal het een halve seconde sneller moeten dan destijds. Ik zou het heel gek vinden om daar niet voor te strijden. Het is revenge time dit jaar.”
Op het BK volgt er opnieuw een koers over obstakels. “Naomi (Van den Broeck; red.) zal waarschijnlijk geen horden lopen daar. Balen, want zo zal ik weinig concurrentie hebben, maar ik probeer toch mijn chrono van vandaag te bevestigen. Hopelijk kan ik ook op de Memorial lopen en daar opnieuw onder de 55 seconden duiken.”