De voorlaatste manche van de World Athletics Indoor Tour vond afgelopen woensdag plaats in het Franse Liévin. Terwijl de wereld toekeek hoe Armand ‘Mondo’ Duplantis zijn menselijkheid terugvond door voor één keer eens niet het wereldrecord in het polsstokspringen te verbeteren, volgden wij ook de prestaties van de vele Belgen op de voet. Ben Broeders oogste wél in het polsstokspringen en liet niet alleen een nieuw Belgisch record optekenen, maar plaatste zich ook voor de Olympische Spelen. Ook Renée Eykens, Elise Vanderelst en Eline Berings kwamen goed voor de dag.

Duplantis en Morris verwenden publiek met aanval op WR

Armand ‘Mondo’ Duplantis toonde in Liévin voor het eerst dit seizoen dat hij vreemd genoeg toch niet over bovennatuurlijke krachten beschikt. Het Zweeds fenomeen deed na een monstersprong om 6m07 opnieuw een poging om zijn eigen wereldrecord aan te scherpen tot 6m19. Duplantis kwam opnieuw heel dicht bij een nieuwe stunt, maar deze keer bleef de lat niet liggen. Ben Broeders had met een nieuw nationaal record én olympische limiet wel redenen tot feesten. Meer daarover kan u hier terugvinden. Wereldkampioen Sam Kendricks moest het woensdagavond doen met een fraaie 5m90.

Sandi Morris was de hoop op een sterke prestatie in het polsstokspringen bij de vrouwen. Morris sprong dit seizoen al twee keer over de 4m90 en toonde dat ze het in zich had om ook over 5m00 te gaan. De wereldkampioene in zaal kon echter nooit een verpletterende indruk maken tijdens haar competitie. Toch slaagde ze erin om als enige over 4m83 te gaan. Vervolgens liet ze de lat op 5m03 leggen, een hoogte waarmee ze het wereldrecord van Jennifer Suhr zou evenaren. Morris deed bij haar tweede beurt nog een verdienstelijke poging, maar de lat ging ondanks de steun van haar mannelijke collega’s en het enthousiaste publiek, toch tegen de grond.

Foto: Erik van Leeuwen

Landgenoten konden niet doorstoten naar 60m-finale, Baker heer en meester

Elise Mehuys en Imke Vervaet mochten aantreden in de reeksen van de 60 meter. Beide atleten schoten goed uit de blokken, maar zagen halverwege niet zo verwonderlijk kleppers als Murielle Ahouré en Asha Philip van hen wegsnellen. Mehuys klokte met 7″35 haar derde snelste tijd ooit, terwijl Vervaet haar record van 7″51 evenaarde. De reekswinst ging met 7″19 naar Ahouré. In de tweede serie maakte Manon Depuydt haar opwachting. Zij moest net als haar landgenoten in de tweede helft terrein toegeven en klokte af na 7″43. N’ketia Seedo, de amper 16-jarige Nederlandse sprinthoop, werd knap tweede met 7″30. Gina Bass (7″18) was de enige die sneller ging. In de finale was Bass opnieuw de snelste met een sterke 7″11. Ahouré werd tweede met 7″12, terwijl Seedo haar 7″30 uit de reeksen evenaarde en zo knap vijfde werd.

Bij de mannen maakte Ronnie Baker een verpletterende indruk in de reeksen van de 60 meter. De Amerikaan liep alles en iedereen op een hoopje en evenaarde met 6″49 de tweede snelste tijd van het jaar. In de finale bracht Baker zijn A-game boven. Baker startte weer verschroeiend en bleef doorduwen met een snelle 6″44 tot gevolg. Zelfs geen enkele voetballer liep dit jaar al sneller. Joris Van Gool maakte met 6″68 en 6″65 in de finale geen verpletterende indruk. Een kleine twee weken terug was de Nederlander al goed voor 6″59.

Ronnie Baker – Foto: Quinten Lafort

Martinot-Lagarde met wereldjaarprestatie, Berings knokte zich bij beste acht

Pascal Martinot-Lagarde was voor eigen publiek heer en meester op de 60 meter horden. In de reeksen had de Fransman nog een taaie klant aan Yaqou-Mohamed Al Youha die met 7″56 amper drie honderdsten moest toegeven op Martinot-Lagarde. Ook Orlando Ortega toonde met 7″59 dat er in de finale met hem rekening gehouden moest worden. De Spanjaard kon op het moment van de waarheid echter niet zijn beste benen bovenhalen, terwijl Martinot-Lagarde wel op het juiste moment piekte. De atleet lag al snel aan de leiding en zweefde over de horden richting een wereldjaarprestatie van 7″47.

Bij de vrouwen zagen we Anne Zagré en Eline Berings terug. Berings liet zich in de reeksen gelden door tot op twee horden van het einde mee te strijden om de reekswinst. In het slot zag ze helaas enkele atleten over zich komen, al mag ze met 8″08 zeker tevreden zijn. Zagré moest Berings net voor zich dulden, maar toonde met 8″19 dat het opnieuw de goede richting uitgaat. Nia Ali (7″93) en Christina Clemons (7″96) lieten de snelste tijden optekenen. Het Amerikaanse duo bewees in de finale opnieuw dat ze aan elkaar gewaagd zijn door beide 7″92 op te laten tekenen. Het was echter Ali die de winst kreeg toebedeeld. Berings mocht eveneens opnieuw aan de bak. Ze was meteen goed mee, maar moest weer wat toegeven in het tweede deel. Met 8″11 deed ze net iets minder dan in de reeksen.

Eline Berings – Foto: Yngwie Vanhoucke

Eykens met seizoensbeste, Crestan zag snelle chrono in het water vallen

Op de 800 meter bij de vrouwen was het uitkijken of Jemma Reekie haar fenomenale 1’57″91 van begin deze maand zou kunnen evenaren. Ook Renée Eykens kwam in actie in Liévin en was gebrand op een verbetering van haar seizoensbeste van 2’05″17. Eykens startte verschroeiend, maar besloot om zich na 100 meter terug te laten zakken en achteraan haar wagonnetje aan te pikken. Daar hield ze zich twee ronden schuil alvorens beetje bij beetje op te schuiven. Reekie had op dat moment al iedereen achter zich gelaten, al moest ze met 2’00″34 heel wat toegeven op haar topchrono van enkele weken eerder. Eykens toonde in het slot dat ze haar snelle eindsprint nog steeds in zich heeft en klokte af als zesde met 2’03″88.

Eliott Crestan kreeg bij de mannen dé ideale koers richting een toptijd. Crestan positioneerde zich de eerste ronde helemaal aan de staart van de groep, maar toonde daarna veel lef door atleet per atleet op te rollen. De nummer drie van het WK voor junioren was goed op weg richting een flinke verbetering van zijn PR en misschien zelfs het BR. Bij het ingaan van de laatste ronde werd die eventuele toptijd helemaal van de baan geveegd. Door een valpartij van Adam Kszczot en Marc Reuther net voor hem, raakte Crestan volledig uit balans. Onze landgenoot jogde de laatste ronde nog uit, zij aan zij met een zwaar gepikeerde Kszczot. De winst ging zo naar Collins Kipruto in 1’46″34.

Renée Eykens – Foto: Quinten Lafort

Verrassende dubbel voor Debjani, Vanderelst toont regelmaat

Op de 1500 meter traden zowel Elise Vanderelst als Ismael Debjani aan. De dames legden er van bij de start meteen duchtig de pees op waardoor Vanderelst direct wist hoe laat het was. De Belgisch kampioene plaatste zich in laatste positie en bleef daar zitten tot het ingaan van de laatste ronde. Het veld was toen al grotendeels uit elkaar getrokken, maar toch kon Vanderelst nog enkele atleten oprapen. Ze werd knap zesde in 4’11″16. De winst was weggelegd voor Gudaf Tsegay die een knappe 4’00″60 uit haar benen schudde.

Debjani heeft er een pittig avondje opzitten. De nationale recordhouder outdoor ging van start op de 1500 meter, maar kende brute pech tijdens de wedstrijd. Een atleet ging op zijn spike staan waardoor de bovenkant er voor de helft werd afgerukt. Debjani liep de koers uit en zette nog een degelijke 3’42″69 op de tabellen. De winst ging naar Samuel Tefera in een wereldjaarprestatie van 3’35″54. Amper een goed uur later stond de 1000 meter gepland. Naast Aaron Botterman en Aurèle Vandeputte stond Debjani ook plots aan de start. De CABW-atleet wou laten zien dat hij meer in zijn mars had dan hetgeen hij heeft kunnen tonen op de 1500 meter en had gelukkig een tweede paar spikes op zak. Met 2’20″09 was hij de snelste van het trio Belgen en moest hij niet al te veel onderdoen voor Pierre-Ambroise Bosse die met de winst aan de haal ging in 2’19″26. Vandeputte en Botterman klokten respectievelijk 2’22″28 en 2’26″36.

Ismael Debjani moest het met anderhalve spike doen – Foto: Quinten Lafort

Wale wint spannend Ethiopisch onderonsje

Het nummer dat misschien wel voor het meeste vuurwerk zorgde was de 3.000 meter bij de mannen. Selemon Barega had de hazen op pad gestuurd richting een tijd onder de 7’30. Barega leek de eerste twee kilometer te joggen en besloot dan om voorin de forcing te gaan voeren. De Ethiopiër had echter een vette kluif aan zijn landgenoot Getnet Wale. Wale spurtte er op het einde vandoor en leek probleemloos naar de winst te snellen. Barega liet dat echter niet zomaar gebeuren en zocht zijn tweede adem. Wale voelde de hete adem van Barega in zijn nek, maar kon hem nog net afhouden. Hij klokte met 7’32″80 een nieuwe wereldjaarprestatie. Barega was goed voor 7’33″19.

Favorieten maken het waar in de zandbak

In het verspringen zorgde de Nigeriaanse Ese Brume bijna voor een verrassing door in haar tweede poging naar 6m82 te springen. Met die afstand stond ze bijna de hele competitie aan de leiding, tot Maryna Bekh-Romanchuk in haar laatste sprong naar 6m90 zweefde. De Ukraïense maakte daarmee haar favorietenrol volledig waar. In het hinkstapspringen werd één en ander verwacht van Hugues-Fabrice Zango. De man uit Burkina Faso flirtte namelijk deze winter al eens met het wereldrecord (17m92). Deze keer pakte hij opnieuw uit met een stevige sprong, al moest hij met 17m51 wat toegeven op zijn 17m77 van eerder dit seizoen. Voor de winst was het wel meer dan voldoende.

Mismas zorgt voor enige WR van de avond

Niet Duplantis, maar Marusa Mismas zorgde voor een nieuw wereldrecord, weliswaar op de maar zelden gelopen 2.000 meter steeple. De Sloveense snelde iets over halfweg naar de leiding en denderde verder richting 5’47″79.