Komend weekend kunnen alle atletiekliefhebbers hun hartje ophalen. In het Koning Boudewijnstadion vindt dan namelijk het Belgisch Kampioenschap op de piste plaats, verspreid over 2 dagen. Doordat deelname aan dit BK vereist wordt om eventueel ook te mogen deelnemen aan het WK in Tokio later dit jaar zijn er maar weinigen die dit links laten liggen. We proberen hieronder een overzicht te geven van welke nationale toppers de strijd met elkaar aan zullen gaan.
Starten doen we met de mannen. Op de 100m is er eigenlijk maar 1 uitgesproken favoriet. Simon Verherstraeten is er nog niet in geslaagd om zijn fabelachtige 10″06 van vorig jaar te benaderen, maar de tegenstand zal toch diep moeten graven om deze man van een nieuwe titel te houden. Zijn grote uitdager Kobe Vleminckx staat helaas niet ingeschreven. Ook op de 200m luistert de topfavoriet naar dezelfde naam. Onze Belgische recordhouder krijgt hier echter concurrentie uit misschien wel onverwachte hoek. Christian Iguacel en Alexander Doom kiezen voor een uitstap naar de halve baanronde om hun snelheid te testen. Deze eerste kwam onlangs nog tot een sub 21″, dus benieuwd hoe ver ze elkaar kunnen pushen.
De 400m kondigt zich dan ook aan als een open strijd. Dylan Borlée, Jonathan Sacoor, Daniel Segers en Florent Mabille willen maar wat graag onder elkaar uitmaken wie op dit moment de snelste Tornado is. Allen kunnen ze reeds pronken met een tijd in de 45″, maar Segers lijkt de beste papieren te hebben aangezien hij als enige dit seizoen reeds hieronder wist te duiken. Aangevuld met Robin Vanderbemden dus zeker een nummer om naar uit te kijken.
De 800m kent ook een ietwat vreemde eend in de bijt. Aangezien hij al 100% zekerheid heeft over zijn deelname aan het WK in Tokio op zijn geliefkoosde 1500m houdt Ruben Verheyden het hier bij 2 rondjes om de piste. Hij gaat de strijd aan met Eliott Crestan, die reeds helemaal terug lijkt na zijn blessure, en Tibo De Smet, die verder jacht maakt op de rechtstreekse limiet van 1’44″50. De 1500m lijkt dan ook een kolfje naar de hand van Pieter Sisk. Hij bevindt zich in de luxesituatie dat hij op beide afstanden zeer goed uit de voeten kan en kiest hier voor de langste van de 2. Isaac Kimeli was hier eveneens aangekondigd, maar staat niet op de deelnemerslijst.
Met ook het ontbreken van John Heymans door een lichte blessure is de 5.000m een beetje onthoofd. Er staan er echter heel wat te popelen om de titel te grijpen. Op basis van de chrono’s lijkt Guillaume Grimard de te kloppen man. Mogelijks vindt hij wel wat strijdmakkers in de mannen van RCB, maar zij nemen deel buiten mededingen en komen dus niet in aanmerking voor het BK.
De 110m horden kondigt zich opnieuw aan als een rechtstreeks duel tussen Elie Bacari en Michael Obasuyi. Beide staan (voorlopig) op een gunstige plaats in de Road to Tokio-ranking, maar kunnen dus nog zeer belangrijke punten scoren. Na zijn exploot op het EK U23 in Bergen, waar hij nota bene Bacari voor bleef, mogen we jonkie Zeno van Neygen zeker niet afschrijven. Het podium lijkt dus al vast te liggen, maar op een dergelijk onvoorspelbaar nummer kan er veel gebeuren. Ook Jente Hauttekeete zal er zich hier proberen tussen smijten.
Julien Watrin maakt zijn opwachting op de 400m horden. Na een jaartje op de kortere hogere exemplaren is de nationale recordhouder klaar om zich te meten met aanstormend talent Mimoun Abdoul Wahab. Nog een spannende race om naar uit te kijken lijkt de 3.000m steeple te worden. Op basis van de persoonlijke records springen Tim Van de Velde en Rémi Schyns er bovenuit, maar in de (voorlopige) ranking van 2025 moeten ze de duimen leggen voor de uittredende kampioen Clément Labar. Marco Vanderpoorten greep vorig jaar brons en is dus zeker ook iemand om rekening mee te houden. Over naar de kampnummers.
Bij het hoogspringen lijkt Thomas Carmoy klaar om de titel terug op te eisen, maar jongens als Jef Vermeiren zullen het hem zeker niet cadeau geven. In het verspringen en hinkstapspringen kennen we met respectievelijk Yanni Sampson en David Boda de uitgesproken favorieten. Het polsstokspringen zou een kolfje naar de hand van Ben Broeders moeten worden, net als we bij het speerwerpen benieuwd zijn of de jarenlange hegemonie van Timothy Herman verbroken zou kunnen worden. Wat het kogelstoten en het discuswerpen betreft krijgen we dezelfde namen die het favorietenlijstje toppen. Kwinten Cools, Alexander Anthonissen en Andreas De Lathouwer weten er steeds een spannende strijd van te maken. Tijdens het discuswerpen wordt dit lijstje echter getopt door ervaren rot Philip Milanov. Last but not least is het Devlin Neyens die bij het hamerslingeren de favorietenrol op zijn nog jonge schouders torst.
Ook de inschrijflijst bij de dames weet zeker te bekoren. Op de 100m kijken Rani Rosius en Delphine Nkansa elkaar in de ogen. Rosius staat net binnen de beoogde top 36 om naar Tokio te mogen gaan, terwijl Nkansa er voorlopig net buiten valt. Zij zullen de punten dus allebei zeer goed kunnen gebruiken. Anne Zagre verdient eveneens een vermelding, voor wat haar last dance op een BK zou worden. Rosius ontbreekt, in tegenstelling tot Nkansa, bij de 200m, maar haar plaats wordt ingenomen door Imke Vervaet. De vrouw die in de vorm van haar leven lijkt zou maar wat graag een individueel ticketje naar Tokio boeken, dus ook voor haar staan er naast een prestigieuze verlenging van haar titel natuurlijk heel wat broodnodige punten op het spel.
Naomi Van Den Broeck is al geplaatst voor de 400m horden en kiest hier voor de vlakke 400m. Daar kruist ze de degens met collega-cheetah Helena Ponette, die wel nog wat plaatsjes zou moeten winnen zien te winnen op de ranking. De 800m is het nieuwe speelterrein geworden van Camille Laus. Met haar zeer consistente chrono’s van de afgelopen weken en maanden wordt het moeilijk om haar te bedreigen. Al zal voornamelijk de jeugd met Nel Vanopstal voorop zich zeker niet zomaar gewonnen geven. Zij zal met het nodige vertrouwen afzakken na haar sterke prestatie tijdens het EK U23.
Op de 1500m zal het uitkijken worden wie de handschoen opneemt tegen de onverslijtbare Mariska Parewyck, aangezien het volledige podium van vorig jaar verstek geeft of voor een andere afstand kiest. De 5.000m wordt dan weer een schouwspel om duimen en vingers bij af te likken. Elise Vanderelst en Jana Van Lent hebben elkaar en het Belgisch record de afgelopen weken bestookt waardoor dit ondertussen op een waanzinnige 14’42″93 staat. Hiermee is Van Lent al zeker van Tokio. Ook Vanderelst staat er goed voor, maar aangezien ze in Luik slechts 1 seconde tekort kwam voor de rechtstreekse limiet zal deze zeker ook nog door haar hoofd spoken. Uittredend kampioen Lisa Rooms heeft er net een hoogtestage op zitten en maakt nog kans om naar Tokio te mogen. We houden dus best ook rekening met haar.
Als we nog een nummer kunnen toevoegen aan de “must watch” zou dit misschien wel de 100m horden worden. Vorig jaar ging Anne Zagré met de titel lopen, maar zij kiest dus op haar laatste BK voor de vlakke nummers. Yanla Ndjip-Nyemeck is sinds kort echter mederecordhouder waardoor haar status en aanzien in België toch wat gestegen is. Voor wie dit bijna niet meer kan stijgen is Nafissatou Thiam. De drievoudige Olympische kampioen op de zevenkamp keert bijna een jaar na haar laatste wedstrijd en triomf in Parijs terug in competitie. Benieuwd hoe ze het er vanaf brengt tegen de specialisten. Ook Noor Koekelkoren, regerend Belgisch kampioene in zaal, mogen we hier ondertussen toe rekenen.
Op de 400m horden liet Paulien Couckuyt zich ontvallen dat ze de afwezigheid van Naomi Van den Broeck wel zou missen. Met Ilana Hanssens is er echter zeker een extra te duchten tegenstandster. De 3.000m steeple bij de dames kent slechts 7 ingeschreven atletes. Hier zou er al veel moeten misgaan om Eline Dalemans van een nieuwe titel te houden. Ook bij het hoogspringen slechts een beperkt veld. Merel Maes zal dus zeker haar kans willen grijpen om met zo veel mogelijk ranking punten in haar sporttas terug huiswaarts te gaan. Het verspringen is het tweede nummer waar Nafi Thiam op ingeschreven staat. Hier lijkt ze wel de uitgesproken topfavoriet te zijn. Bij het hinkstapringen kunnen we de laatste tijd dan weer niet meer rond Ilona Masson. Vorig jaar moest ze de titel nog aan Saliyya Guisse laten, dus dit jaar zal ze er extra op gebrand zijn.
In het polsstokspringen lijkt er niet veel te beginnen aan onze nieuwe nationale recordhoudster Elien Vekemans. Ze heeft haar limiet duidelijk nog niet bereikt, wie weet gaat deze voor het WK in Tokio van 4m73 er wel aan op het BK? Elena Defrère dubbelt op het kogelstoten en het discuswerpen. Bij deze eerste discipline lijkt ze de uitgesproken favoriet om haar titel te verlengen. In het discuswerpen is deze status naar analogie weggelegd voor Babette Vandeput. Het speerwerpen zou zomaar een kopie van vorig jaar kunnen worden, aangezien het volledige podium opnieuw aanwezig is. Pauline Smal prijkte toen op nummer 1. We sluiten af met het hamerslingeren waar Manon Beernaert de te kloppen vrouw lijkt te worden. Het tijdschema en de uitslagen vinden jullie terug via atletiek.nu, zowel op zaterdag en zondag te volgen van 14u tot omstreeks 18u40.
