In het Noorse Bergen heeft Zeno van Neygen de zilveren medaille binnengehaald op de 110mH. Hij klokte een PR van 13″54 en kon daarmee onder andere Elie Bacari voorblijven. Die mocht evenwel in de vreugde delen, want hij pakte twee honderdsten verderop de bronzen plak. Noor Koekelkoren kwam in haar finale op de horden als zevende over de meet.
Met drie Belgen in de finales van de hoge horden bereikte de spanning in het zwart-geel-rode kamp op vrijdagavond een hoogtepunt. Elie Bacari en Zeno Van Neygen traden aan op de 110mH, Noor Koekelkoren was de Belgische vrouw op de 100mH.
Bacari’s aanwezigheid in de eindstrijd kon gezien zijn ervaring op seniorenkampioenschappen geen bijzonder grote verrassing genoemd worden. Toch was die op zich al een mooie verwezenlijking: de DCLA-man was in juni meerdere weken out door een blessure en keerde pas vorige week terug in competitie. Afgelopen zaterdag in Kortrijk en tijdens de voorrondes in Bergen bewees Bacari echter dat hij nog steeds één van de te kloppen mannen zou worden. Van Neygen kon nog niet dezelfde adelbrieven voorleggen bij de grote jongens. Hij is pas bezig aan zijn eerste seizoen met de obstakels op een hoogte van 1m06. In 2024 haalde hij het WK junioren, maar daar liep hij een blessure op.
Topfavoriet Enzo Diessl had niet veel tijd nodig om op gang te komen en sloeg in de finale al vrij snel een kloofje. Daarachter lag echter alles open en waren het de Belgen die triomfantelijk uit de vloedgolf kwamen. Van Neygen stuntte door over de meet te komen na 13″54 en zo het zilver te pakken. Bacari volgde nauwelijks twee honderdsten verderop en hing zichzelf het brons om de nek, oververdiend na zijn race tegen de klok om fit te geraken voor dit kampioenschap. Ondanks -1.8 m/s tegenwind was Van Neygen goed voor een PR van enkele honderdsten.
Noor Koekelkoren mocht zich in de 100m hordenfinale opstellen in baan 7. Na de eerste horde verloor ze gaandeweg wat terrein. De vrouw in de baan links van haar liep vervolgens de negende horde omver. Ze kwam naar Koekelkoren toe gestruikeld wat mogelijk voor een klein concentratieverlies zorgde. Het eindresultaat was 13”38 en plaats zeven, absoluut niet onaardig voor de eerstejaarsatleet in de beloftencategorie.
