De eerste BK-dag bracht heel wat knappe prestaties met zich mee. Vooral Merel Maes zal zich deze tweede augustus nog lang herinneren. De hoogspringster zweefde over 1m97 en kelderde zo de WK-limiet. Nafi Thiam keerde terug na bijna een jaar zonder competitie en kwam tot 6m48 in het verspringen. Tim Van de Velde was dan weer dolgelukkig na zijn zege op de steeple. Emiel Botterman liep ontzettend hard op de 100m en pakte zo als outsider de nationale titel. Sten Geenens triomfeerde tegen alle verwachtingen in bij het hoogspringen.
Merel Maes – Belgisch kampioene hoogspringen en WK-limiet (1m97)
“Ik had dit totaal niet verwacht. Voor het EK U23 in Bergen gingen de trainingen goed, maar daar had ik een offday en nadien kwam ik in een dipje terecht. Voor Bergen sliep ik slecht en voelde ik de stress van op een EK te staan heel erg. Mentaal was die ervaring in mijn hoofd gekropen, maar tijdens de competitie vandaag kon ik plots bevrijd springen.”
“Ik kan het nog niet goed geloven en heb geweend van de verbazing, zoveel betekent het voor mij. Vandaag had ik een topdag en voelde ik geen enkele druk. Waarschijnlijk was dat heel belangrijk. Sinds dit jaar heb ik daarnaast consistentie gevonden in mijn 9-pas, terwijl ik de vorige jaren op wedstrijd nog een 7-pas deed. Ik voelde ook al heel het seizoen dat ik daar nog niet alles uit had gehaald.”
“Tokio valt heel laat. Ik denk niet dat ik mijn seizoen ooit al zo lang heb gemaakt. Nu neem ik een weekje vakantie en daarna gaan we richting het WK werken. Voor verwachtingen of ambities is het nu nog te vroeg. Ik hoop dat ik daar mijn hoogste niveau weer kan bovenhalen, maar het lijkt me verstandig om mezelf niet te veel druk op te leggen.”

Nafi Thiam – Belgisch kampioene verspringen (6m48)
“Het is leuk om na bijna een jaar weer terug te zijn en het ging best goed. Ik heb goede sprongen gedaan en 6m48 is ongeveer hetzelfde als wat ik op de Spelen in Parijs neerzette. Als atleet – en zeker op mijn leeftijd – heb je altijd wel wat pijntjes, maar ik heb geen grote blessures gehad. Ik had er vooral nood aan om in deze voorbereiding goed mijn tijd te nemen. Vorig jaar was zwaar en stresserend. Het is belangrijk om soms eens het ritme van het lichaam te volgen en niet altijd maar nieuwe doelen met bijbehorende druk te stellen.”

“Ik kijk heel erg uit naar Tokio, vooral om het narratief van na de Spelen in 2021 wat bij te sturen. Toen zat het niet helemaal goed in mijn hoofd. Deze keer wil ik vooral mijn ding doen en me amuseren.”
“Titels zijn op dit moment niet meer zo belangrijk voor mij. Die derde olympische gouden medaille was de laatste waar het voor mij echt moest. Het enige wat ik nu nog graag wil is een grote score in de zevenkamp. De omgeving van een WK kan me daarbij helpen. In die zin motiveert het recente PR van Anna Hall mij meer dan dat het mij afschrikt. Ze maakt duidelijk dat bepaalde scores en prestaties haalbaar zijn, ook voor mij.”
Tim Van de Velde – Belgisch kampioen 3.000m steeple (8’27”23)
“In de schreeuw na de meet zat heel veel emotie: twijfel, onzekerheid en mentale moeilijkheden van de afgelopen maanden. Mijn steeples begin dit jaar waren vooral miserie: ik sprong met schrik en dat sloeg op mijn benen waardoor ik niet meer vooruit geraakte. Dat had dan weer een weerslag op mijn vertrouwen.”
“Het gevoel dat ik eindelijk die klik weer gemaakt heb kwam er meteen uit. Ik had zelf ook niet verwacht dat ik zo emotioneel zou reageren, maar het was sterker dan mezelf. Dit zat diepgeworteld en ik ben blij dat het eruit is. Het is pas mijn tweede Belgische titel, maar ik hoop aan een reeksje begonnen te zijn.”

“De haas was perfect, niet te traag en niet te snel. Ik had genoeg over om in de slotfase nog met veel energie te springen. Er zit nog meer in en dat hoop ik er de komende weken uit te laten komen: volgende week IFAM en daarna hopelijk nog ergens anders. De fysieke en mentale puzzelstukjes zijn in elkaar aan het vallen dus ik geloof nog in het WK. Daarvoor zal ik waarschijnlijk nog twee koersen in de buurt bij of onder mijn PR nodig hebben (8’18”68; red.). Richting de limiet van 8’15”00 zal ik sowieso moeten, maar ik ben klaar voor die uitdaging.”
Emiel Botterman – Belgisch kampioen 100m (10”28)
“Ik had absoluut niet verwacht dat ik Belgisch kampioen zou kunnen worden, al heb ik er wel mopjes over zitten maken op training. Ik wist dat er sterke mannen naast mij zouden staan. De reeksen (waarin Botterman ook al de snelste was; red.) gaven wel vertrouwen en hoop dat het mogelijk was.”
“Nu is het doel om in Tokio in de ploeg te staan tijdens de 4x100m en daar belachelijk hard te lopen. Met deze tijd schat ik mijn kansen best hoog in, maar er moet nog veel beslist worden. Ter voorbereiding ga ik vooral trainen en niet te veel wedstrijden meer lopen, zo kan ik de belasting beter onder controle houden.”

Sten Geenens – Belgisch kampioen hoogspringen (2m11)
“Dit komt onverwacht, zot dat zoiets gebeurt. Jef Vermeiren en Thomas Carmoy zijn normaal beter dus ik hoopte om een goede prestatie neer te zetten en zo misschien om het zilver mee te strijden. Ergens wil je op een mooiere manier de Belgische titel winnen, maar het is nu zo: ik ben Belgisch kampioen. Mijn hoofddoel van deze zomer was de Universiade met het idee om de vorm daarna door te trekken. Dit geeft veel energie om nog een aantal jaren verder te doen. Deze winter sukkelde ik met blessures, maar het laatste half jaar ben ik echt goed bezig. Het zou ook maar raar zijn om Belgisch kampioen te worden en dan te stoppen.”