Tijdens deze sportieve hoogdagen kan u van Atletieknieuws in de eerste plaats voorbeschouwingen, wedstrijdverslagen en interviews verwachten, maar onze reporter ter plaatse probeert ook om op geregelde tijdstippen een inkijkje te geven in wat er in Tokio allemaal opvalt of gebeurt. In onze reeks ‘Post uit het Oosten’ geniet u van een kijkje achter de schermen van de Spelen.

Wie denkt dat er in een stadion zonder publiek niet gejuicht wordt, heeft het mis. 1 augustus 2021 gaat de Italiaanse geschiedenisboeken in. De meest succesvolle avond ooit voor de atletiek in de laars – met voorsprong. En dat werd gevierd.

Als er geen publiek is, dan zorgen atleten, coaches, VIP’s en zelfs journalisten wel voor gejoel. Bij die laatste categorie hoort supporteren niet bepaald bij hun takenpakket, maar ergens begrijp ik het wel. Een Italiaan, Marcell Lamont Jacobs, die de olympische 100 meter wint, dan kan er je al eens een vreugdekreetje ontvallen. Benieuwd hoe ik zelf reageer als zondag een Belg de marathon wint. Mijn grapje na de 100 meter tegenover collega Hans Jacobs, “dikke proficiat voor uw broer”, werd overigens niet op luid gelach onthaald. Maar logisch ook eigenlijk, het is de vermoeidheid die toeslaat bij mezelf.

Het was wel een stevig kreetje bij de Italiaanse pers. Gek werden ze, achter mij. Het gehoorverlies neem ik er met plezier bij. Zelf had ik mij anderhalf uur voor de eerste actie naar het stadion begeven. Goed op tijd, dacht ik, maar ik wist nog maar net een van de laatste zitplaatsjes op te eisen. Het leergeld van een debutant zeker?

Wel mooi dat er behalve een massa pers ook honderden atleten opdaagden om te komen kijken vandaag. Ze zullen het zich niet beklaagd hebben en zorgden er zo voor dat er toch wat sfeer te bespeuren viel in het stadion. Met een gedeelde gouden plak in het hoogspringen, een wereldrecord in het hinkstapspringen en een compleet onverwachte winnaar op de 100 meter werd het een atletiekvond om nog lang te onthouden. We vergaten bij momenten zelfs dat er geen publiek aanwezig was.

Terwijl er binnen geen toeschouwers welkom waren, stonden er buiten honderden Japanners aan te schuiven voor een foto met de olympische ringen. Een uurtje wachten bij 39 graden, voor een likerecord op Instagram moet dat kunnen.

Een beetje dubbel wel, al die mensen buiten het stadion, maar het doet nog eens beseffen dat het een zegen is om er als journalist bij te mogen zijn vanop de eerste rij. Een dierbare Franstalige collega wees er mij vanavond nog eens op, toen ik door mijn laptop werd opgezogen. “Vergeet niet te genieten, man. Een foutje in een artikel, dat is niet erg. Naar huis gaan zonder te beseffen dat het een privilege is om op de Spelen te zijn, dát is erg.” Gelijk heeft ie.