Dag acht beloofde een korte atletiekavond te worden waardoor niet veel Nederlanders in actie kwamen. De mannen en vrouwen van de 4×100 meter mochten als enigen hun oranje kleur verdedigen, helaas met wisselend succes. In afwezigheid van Dafne Schippers bleef het kwartet bij de vrouwen steken op een negende plaats terwijl enkel de beste acht naar de finale mogen. De mannen mochten na een spannende thriller wel juichen en mogen zich ook al opmaken voor de Olympische Spelen van Tokio.

Nederland zet hoog in op de aflossingen, daar zijn de verschillende aflossingstrainingen doorheen het jaar het grote bewijs van. Elk detail wordt minutieus bestudeerd dankzij allerhande meetapparatuur zodat elke wissel vlekkeloos kan verlopen. Dit zou hen in staat moeten stellen om mee te strijden voor de medailles, ondanks de iets mindere intrinsieke kwaliteiten vergeleken met de echte sprintlanden.

Bij de mannen mochten Joris Van Gool, Taymir Burnet, Hensley Paulina en Churandy Martina in die volgorde de klus proberen klaren in de reeksen. Ze werden ingedeeld in de op papier zwakkere serie, maar toch kende het kwartet verrassend veel moeite om bij de beste drie automatisch gekwalificeerden te geraken. Slotloper Martina had nog heel wat werk voor de boeg toen de stok bij hem in de hand werd gestoken. Het ouderdomsdeken van de groep vocht een verbeten duel uit met de sterke André De Grasse en trok verrassend aan het langste eind. Het grote scherm gaf 37″91 aan, een nieuw nationaal record én onder de limiet voor de Olympische Spelen in Tokio. En toch leverde het hen maar een vijfde plaats op. Gelukkig waren er nog de verliezende tijden die hen uit de brand hielpen en hen startrecht gaven voor de finale. De verhoopte medaille lijkt na vandaag en ondanks het nationale record een moeilijke opdracht gezien de topvorm van heel wat landen. In een aflossing kan echter alles.

De 4×100-meterploeg moest het bij de vrouwen doen zonder hun kopvrouw. Dafne Schippers ligt namelijk nog steeds in de lappenmand met een liesblessure die ze in de halve finale van de 100 meter opliep. Ook Nadine Visser kon niet worden ingezet aangezien zij haar pijlen richt op de 100 meter horden die morgen geprogrammeerd staat. Nargélis Statia Pieter en Naomi Sedney schoten daardoor te hulp, samen met Marije Van Hunenstijn en Jamile Samuel. Die laatste twee kwamen dit WK al in actie op respectievelijk de 100 en de 200 meter. Van Hunenstijn strandde in de reeksen, Samuel hield het één ronde langer vol.

Jamile Samuel – Foto: Erik Van Leeuwen

Statia Pieter mocht de boel op gang trekken. Zij gaf de stok door aan Van Hunenstijn die de gebruikelijke eerste rechte lijn van Schippers overnam. Nadien was het de beurt aan Samuel die vervolgens Sedney lanceerde. Het Nederlands kwartet vocht lang mee voor een plaats bij de beste drie, en dus automatische kwalificatie, maar zag uiteindelijk dan toch een sterke Verenigde Staten, Trinidad and Tobago, Zwitserland en Brazilië van zich wegsnellen. Brazilië werd uiteindelijk gediskwalificeerd waardoor de vrouwen nog kans maakten om opgevist te worden met de verliezende tijden. Een razendsnelle tweede reeks dwarsboomde hun finaledroom waardoor er zaterdag zonder Nederlandse inbreng zal gestreden worden om de medailles. Met 43″01 bleven ze net geen volledige seconde boven hun nationaal record en kwamen ze één tiende tekort voor de finale.