Maar liefst zeven Belgische beloften komen zondag, indien alles goed verloopt, aan de start van het EK veldlopen. Bij de mannen gaan we naast een individuele ook voor een teamprestatie. Bij de vrouwen zullen Scaunet en Rooms voor het nodige nationale vuurwerk moeten zorgen.

Simon Debognies, Clément Deflandre, Dieter Kersten, Dorian Boulvin, Jennen Mortier, Vanessa Scaunet en Lisa Rooms zijn de Belgische beloften die in Tilburg onze nationale driekleur zullen verdedigen. Voor Deflandre een eerste kennismaking met een internationaal kampioenschap, alle anderen hebben al eens kunnen proeven van een EK veldlopen.

Drie op drie voor de mannen?

Ook dit jaar geeft de selectiecommissie de Belgische mannen het vertrouwen om voor een collectieve prestatie te gaan. De voorbije twee jaar leverde dit succes op: Zowel in Chia (2016) als in Samorin (2017) gingen we met een zilveren teammedaille naar huis. De enige van dit vijftal die beide medailles in zijn kast heeft hangen is Simon Debognies. Het hoeft dus niet gezegd worden dat hij de kapitein is. Net als vorig jaar zullen er 16 landenploegen aan de start verschijnen. Een teammedaille is zeker niet onmogelijk, maar dan zal veel moeten meezitten. De Fransen lijken met Gressier en Hay (vorig jaar respectievelijk eerste en tweede) opnieuw oppermachtig. Daarachter wordt het allicht rekenen geblazen. De boodschap is dus duidelijk: elke plaats telt.

Debognies (centraal) rechts van de latere Europese kampioen bij de belofte: Jimmy Gressier – Foto: Jeroen De Meyer

Simon Debognies werd vorig jaar zesde. Een jaartje maturiteit erbij zou hem in principe een dichtere plaats moeten opleveren, maar zo werkt het in de praktijk vaak niet. Jimmy Gressier en Hugo Hay maakten vorig jaar indruk met hun geweldige eindsprint. Ook dit jaar zijn ze nog in de beloftecategorie van de partij, al zal het parcours er een pak anders uitzien. Naast hen zijn enkel Debognies en de Fin Raitanen (vorig jaar achtste) uit de top 10 nog van de partij. Van de junioren zijn Gilavert en Khelaf de meest prominente namen die overkomen naar de beloften en ook zij hebben, jawel, de Franse nationaliteit. Nog één internationale naam mag in deze voorbeschouwing zeker niet ontbreken: Samuel Fitwi. De genaturaliseerde Duitser won een maand geleden de CrossCup in Mol voor Isaac Kimeli.

“Ik verwacht heel wat beter voor de dag te komen dan in Roeselare, waar ik toch een kleine offday had”, blikt Debognies nog even terug. “Mijn laatste trainingen doen alvast het beste vermoeden, ik zit beter dan vorig jaar! Ik voel mij sterk, fris en klaar om de strijd aan te gaan met de beste Europese beloften. Wat ik van het parcours kan verwachten weet ik nog niet, maar ik ben er wel van overtuigd dat je elke omloop aankan als je in goede conditie verkeert. We zullen ons opnieuw collectief tonen met de Belgische beloften en dan stuwen we elkaar misschien naar een nieuwe teammedaille.”

Dorian Boulvin en Dieter Kersten werden onlangs officieel lid van het Olympic Running Team. Boulvin werd vorig jaar verrassend sterk veertiende bij de beloften en toonde zich tijdens de race als een echt werkpaard voor de ploeg. Dieter Kersten werd twee jaar geleden tiende op het EK veldlopen bij de beloften. Ook bij hem zou je kunnen stellen dat eenzelfde plaats meer dan degelijk zou zijn. Voor Jennen Mortier, van Team Runaround, is het de eerste EK-deelname bij de beloften. Bij de junioren kon de atleet terugblikken op een 21ste (2016) en 49ste (2017) plek. Clément Deflandre toonde zich in Roeselare na Debognies de beste belofte, al zal hij voor zijn eerste internationaal toernooi misschien wat leergeld moeten betalen. De mannen moeten in Tilburg 8,3km afwerken, dat is bijna een kilometer minder dan in Roeselare. Wat in die selectiecross vooral opviel is dat de beloften allemaal op een zakdoek van elkaar eindigden. Dat ze aan elkaar waard zijn is daarmee bewezen, nu nog die waarde opkrikken in Tilburg.

Scaunet en Rooms voor plaatsje bij beste twintig

Bij de vrouwen zullen we, zonder blessures, twee Belgische atleten aan het werk zien. Lisa Rooms staat namelijk als reserve ingeschreven bij de mixed relays. Indien Sofie Van Accom of Elise Vanderelst geblesseerd moet afhaken zal Rooms dus haar deelname verschuiven naar de aflossingsploeg. Geen team bij de vrouwelijk beloftes, dus dan moet het de ambitie zijn van zowel Scaunet als Rooms om bij de eerste twintig te finishen.

Vanessa Scaunet kan in het veldlopen al op drie EK-deelnames terugblikken. Deze waren telkens onder de verwachtingen. Bij de junioren liet ze een 54ste en 31ste plaats optekenen. Vorig jaar werd ze in Samorin 40ste bij de beloften. Het doel deze keer is dus vooral om die ontgoochelingen weg te spoelen met beresterke prestatie.

Vanessa Scaunet vorig jaar in Samorin – Foto: Jeroen De Meyer

“De vorm zit goed! Zondag heb ik mijn laatste zware training gedaan en die heeft vertrouwen gegeven. Het wordt een heel ander parcours in vergelijking met vorig jaar. Ik loop zelf het liefst van al op een snelle omloop, maar als ik in vorm ben moet een zwaar parcours ook wel lukken. Ik ga toch voor een top 15-plaats.”

Lisa Rooms eindigde in Roeselare 17 seconden na Scaunet, maar mag zich toch opnieuw opmaken voor een EK veldlopen. De atlete van OEH werd in 2016 al eens 33ste bij de beloften, dus kan en mag ze nu hoger mikken. Haar focus zal in de eerste plaats uitgaan naar deze race. Pas als Van Accom of Vanderelst zich afmelden voor haar wedstrijd, zal ze niet lopen.

Voor het goud zijn alle ogen gericht op de Deense Anna Emilie Moller. In afwezigheid van de Duitse topatletes Alina Reh en Konstanze Klosterhalfen wordt het zoeken naar een nieuwe superster. Moller, vorig jaar nog zevende, zal het niet cadeau krijgen. Ook de Britse Amy Griffiths maakt een grote kans. De afstand die de vrouwen moeten afleggen is met 6,3km gelijkaardig aan die van de CrossCup in Roeselare. Onze Belgische vrouwen weten dus alvast hoe ze hun wedstrijd moeten indelen.