Simon Debognies komt op het EK in Berlijn aan de start van de 10.000 meter. De pupil van Tim Moriau staat als 17de gerangschikt, maar hoopt beter te doen.

Simon Debognies met coach Tim Moriau              Foto: Jeroen De Meyer

Simon Debognies kende als junior en belofte verschillende successen. In 2015 veroverde hij op de 5.000 meter de zilveren medaille op het EK U20 in Eskilstuna en deed dit kunstje twee jaar later nog eens over op het EK U23 in Bydgoszcz. Op de Universiade die vorig jaar plaatsvond in Taipei, de hoofdstad van Taiwan, toonde Debognies zich nogmaals van zijn sterkste kant door de 5de plaats op de 5.000 meter in de wacht te slepen. Aan ervaring ontbreekt het de 22-jarige man uit Halle dus niet.

Dit jaar stond de 5.000 meter niet centraal en werd er ook plaats gemaakt voor het langere werk. “Ik dacht dat het verschil tussen trainingen voor 5.000 of 10.000 meter niet zo groot zou zijn. Daarom voorspelde ik om de limiet op beide afstanden te halen zodat ik kon kiezen. Doordat ik me meer heb toegespitst op de 10.000 meter is het anders uitgedraaid en heb ik enkel voor die afstand de limiet gelopen. Het wordt een spannende wedstrijd voor mij, want het is mijn eerste ontmoeting met een allecategorieënkampioenschap, waar ik me slechts voor de 2de keer aan een 10.000 meter ga wagen. Ik heb wel onmiddellijk vertrouwen kunnen tanken tijdens mijn eerste wedstrijd door het Belgisch beloftenrecord in de wacht te slepen.”

“Als voorbereiding op het EK zijn we met het hele team voor drie weken op hoogtestage naar Sankt-Moritz getrokken”, vertelt Simon. Terug in België volgde de ultieme test. Op de Nacht van de atletiek in Heusden kwam hij aan de start van de 5.000 meter. Het resulteerde in een seizoensbeste waardoor hij met vertrouwen naar Berlijn trekt.

Simon Debognies en Soufiane Bouchikhi – Foto: Tomas Sisk

Een concreet doel heeft Debognies niet, hij kijkt er vooral naar uit om nieuwe ervaring op te doen. “Ik heb het Belgisch record bij de beloften in handen en het zou leuk zijn mocht ik dat nog wat kunnen aanscherpen. Dit valt natuurlijk moeilijk te voorspellen, aangezien je op een kampioenschap nooit weet hoe er zal gelopen worden. In een tactische en dus trage wedstrijd is een verbetering niet mogelijk. Als ik beter kan finishen dan de 17de plaats waar ik momenteel kampeer, dan is het kampioenschap voor mij geslaagd. Uiteraard ben ik ook enorm benieuwd naar hoe Soufiane Bouchikhi het er vanaf zal brengen. Hij wordt zeker bij de medaillekandidaten gerekend.”