Aaron Botterman kende een vlekkeloze winter. Hij kon zijn korte crossen vlotjes afwerken en zo een mooie basis leggen voor het pisteseizoen. Deze zomer heeft de 800m-loper dan ook een doel gemaakt van de Universiade in Taiwan. De atleet van KAAG had daar veel voor over, want hij ging voor het eerst op hoogtestage in Zuid-Afrika. Hoog tijd voor een gesprek met de Vliegende Gentenaar.

Dag Aaron! Je bent al twee weken terug van Zuid-Afrika. Hoe zijn de benen nu na één maand trainen op hoogte?

“De stage is zeer goed verlopen. Eerst zat ik een periode met Stijn Baeten, Michael Somers, Brecht Bertels en Louise Carton in Dullstroom. Daarna zat ik samen met Tim Moriau en zijn groep in een huisje. Het was zeker de moeite! Ik heb er zelfs enkele liedjes voor mijn muziekband De Rappe Kerels aan overgehouden. Eens weer in België heb ik vooral veel geslapen, en zeker niet te zwaar getraind. Ik merk wel dat de duurlopen nu een pak sneller gaan.”

Vanwaar die keuze? De voorbije jaren bleef je in België tijdens de paasvakantie.

“Ik ben nooit tegen stages geweest. Ze moeten gewoon een meerwaarde bieden. Ik zag niet echt een meerwaarde in de jaarlijkse nationale stage in Portugal. Dan kon ik evengoed thuis trainen. De hoogtestage in Zuid-Afrika daarentegen heeft veel meer voordelen.”

Waar legt Aaron Botterman de lat voor deze zomer?

Aaron Botterman – Foto: Jeroen De Meyer

“Ik zou heel graag de limiet voor de Universiade in Taiwan lopen. Dat zal snel moeten gebeuren want je moet de limiet lopen voor 2 juni. Eens ik onder de 1’47″50 heb gelopen hebben we genoeg tijd om ons voor te bereiden op een paar snelle wedstrijden, het kampioenschap in Taiwan start namelijk pas op 23 augustus. Misschien kan ik tussendoor wel in de buurt van mijn persoonlijk record komen.”

Jouw persoonlijke records zijn al een tijdje onaangeroerd gebleven. Nochtans ben je nog steeds maar 23 jaar. Hoe komt het dat je de voorbije twee jaar geen snellere tijden kon neerzetten?

“De afgelopen twee jaar liep ik niet altijd de perfecte wedstrijden om een persoonlijk record te lopen. Vaak door de kampioenschappen waar ik aan deelnam. Telkens prefereerde ik mee te doen aan de kampioenschappen in plaats van voor een snellere tijd te gaan, en dat vergt soms wat opofferingen wat betreft het ideale trainingsprogramma.”

Tenslotte, waar kunnen we jou deze zomer zeker in actie zien? Ga je dan ook nog voor die WK-limiet?

“Mijn eerste wedstrijd loop ik op de interclub in Laken. Ik neem er de 800m voor mijn rekening. Vorig jaar zorgde ik mee voor de promotie naar de hoogste afdeling. Het bewees nog maar eens dat we met KAAG in een opwaartse lijn zitten. Er zijn namelijk heel veel jeugdatleten aan het doorbreken. Toch vrees ik dat we misschien iets te vroeg gepromoveerd zijn. Het zal alleszins spannend worden en ik zal mijn best doen om de eer van de club hoog te houden. Wat het WK betreft: Ik beschouw de limiet van 1’45″79 vooral als een mooi doel. De IFAM en Nacht van de Atletiek zijn voor mij de laatste kansen voor respectievelijk de Universiade-limiet en WK-limiet.”