Zenobie Vangansbeke bewees in Lokeren al op scherp te staan. - Foto: Jasper Jacobs
Zenobie Vangansbeke bewees in Lokeren al op scherp te staan. – Foto: Jasper Jacobs

Op de Nijmegen Global Athletics op woensdag dook Zenobie Vangansbeke onder de beloftenlimiet voor het EKU23 in Tampere. Met 4’16″48 bleef ze onder de gevraagde 4’17″17. Vangansbeke bewees in Lokeren al in goede doen te zijn door met 2’06″37 op de 800m een beste jaarprestatie bij de dames te zetten. Op de IFAM poogde ze een eerste maal om de limiet op de 1500m aan te vallen, maar strandde toen op 4’22″65. In Nijmegen vond ze wel een goede wedstrijd en was het meteen ook raak. Een persoonlijke beste was het voor Vangansbeke overigens niet. Vorig jaar lukte de ACME-atlete al 4’16″04 in Utrecht. Midden in haar examens maakte Vangansbeke toch even de tijd om kort te reageren op haar limiettijd van gisteren. “In een goede koers kan ik nog sneller”, klinkt ze alvast ambitieus

Op de IFAM liep je nog 4’22. Had je verwacht dat je meteen zoveel sneller kon in Nijmegen?

“Ik wist dat de conditie wel goed was en de IFAM was serieus tegengevallen. De wedstrijd was eigenlijk wat te traag. We kwamen bij de eerste ronde al te traag door waardoor de limiet al zeer moeilijk was. Ik had er natuurlijk op gehoopt om hem in Nijmegen te lopen, maar je weet nooit op voorhand hoe de weersomstandigheden gaan zijn en hoe de wedstrijd zal verlopen.”

Hoe verliep je wedstrijd dan in Nijmegen? Hoe was je gevoel?

“Eigenlijk redelijk chaotisch. We waren gestart en na 100m hoorden we 5 schoten en bleek het valse start te zijn. Er was blijkbaar iets misgelopen met de tijdsopname waardoor we opnieuw moesten starten. Na hernomen te hebben, liepen we al snel met z’n vieren voorop en hadden direct een gaatje op de rest. Ik was op pad met de haas, de Ethiopische Sifan Hassan en de Nederlandse Maureen Koster. Eigenlijk wist ik op voorhand dat het een groot risico was om te volgen met deze dames. Zij gingen immers voor een tijd onder de 4’10. Ik besliste toch om mij in het groepje te plaatsen, want de groep achter mij was veel te traag en anders had ik de hele wedstrijd alleen moeten lopen. Ik kon wel goed ontspannen volgen tot 1150m, maar voor de enorme versnelling die toen volgde moest ik passen. Ik ben zelf wel wat vertraagd in die laatste ronde, waardoor de eindtijd uiteindelijk toch niet zo denderend was… Maar goed, een limiet is een limiet en in een goede koers kan ik zeker nog wat sneller.”

Die EK-limiet is binnen nu. Hoe ziet de rest van het seizoen er nu uit?

“Volgende week staat de Europacup gepland. In Dublin verdedig ik er de kleuren van België op de 800m. Nadien gaan we misschien nog even op stage, maar wedstrijden staan alvast nog niet gepland. Na Dublin staat alles nog open.”

Wat zijn je doelen op dat EK?

“De doelen? Dat is een moeilijke vraag. Ik ga zeker en vast het onderste uit de kan halen en dan zien we wel waar we uitkomen. Een plaatsje in de finale zou mooi zijn, maar niets moet. Ik ga alvast proberen op training nog een serieuze stap te zetten om zeker goed voorbereid op dat EK te staan.”